De Klein Beijerenpolder is een ideale polder voor kustvogels. Ondiep water en droge stukken wisselen elkaar af. In het midden ligt een schelpeneiland en dat is weer ideaal voor grondbroeders als dwergstern, visdief, kluut, bontbekplevier en kleine plevier. Stiekem hoopt Natuurmonumenten ook op de strandplevier. Als die er broedt, zal ik onmiddellijk afreizen, want deze plevier zag ik nog nooit.

Toen ik ging vogels kijken in de Klein Beijerenpolder zag ik twee groenpootruiters, evenveel dwergsterns, grote groepen kokmeeuwen, zilvermeeuwen en grote mantelmeeuwen. Wat bergeenden, krakeenden, brandganzen en grauwe ganzen. Een tureluur streek voor me neer en een paar oeverlopers scharrelden langs de oevers. Het werd pas echt leuk toen ik een soort van albino plevier zag rond lopen. Dat bleek later, toen een paar vogelaars zo vriendelijk waren om me door hun Swarovski-telescoop te laten kijken, een kleine plevier te zijn. Overigens dachten we eerst allemaal aan een bontbekplevier, een juveniel, maar thuis zag ik in mijn filmpje een gele oogring schemeren. Een kleine plevier dus. En die kleine plevier passeerde een nog kleinere vogel en dat bleek een kleine strandloper te zijn. Een leuke waarneming zo aan het eind van de zomer. Je zag duidelijk dat deze doortrekker aldoor aan het eten was. Opvetten voor de volgende etappe richting het zuiden. Daarvoor zijn dit soort van rustgebieden zo belangrijk. Op het schelpeiland stond, haast onzichtbaar, een bonte strandloper nog helemaal in zomerkleed. Wat een prachtige vogel is dat dan toch, en helemaal wanneer je die door een Swarovski-telescoop kunt bekijken.

Welke vogels mag je nog meer verwachten in de Klein Beijerenpolder? Denk aan steltlopers als kemphaan, kluut, witgatje, watersnip, bosruiter, wulp en scholekster. In de winter een zilverplevier, drieteenstrandloper, rosse grutto en een heel enkele keer een zeldzaamheid als de grauwe franjepoot. Sterns als dwergstern en visdiefje. De zwartkopmeeuw wordt er ook regelmatig gezien. Evenals de lepelaar die elders op het eiland Schouwen-Duiveland broedt. In winter en voorjaar maak je bovendien kans op pijlstaart, wintertaling en slobeend. De rotgans is in de winter in flinke aantallen aanwezig, met een beetje geluk zie je er een witbuikrotgans tussen of een groepje kleine zwanen. Met roofvogels is het niet heel wild. Een enkele keer raast een slechtvalk over de Klein Beijerenpolder.

Vogels kijken in de Klein Beijerenpolder is vooral: genieten van kustvogels én de Oosterschelde.

Praktische informatie over vogels kijken in de Klein Beijerenpolder

De Klein Beijerenpolder is eenvoudig te bereiken. Toets in je TomTom in: Beijerseweg, Ouwerkerk. Rij naar de Oosterscheldedijk en je ziet de Klein Beijerenpolder aan je linkerhand. Vergeet bij eb niet om even bij Viane een blik over de Oosterschelde te slaan. Aan de overzijde ligt trouwens het eiland Tholen waar ik ooit geboren ben, voor het geval je dat leuk vindt om te weten.

Ik raad je aan om de Klein Beijerenpolder eens per fiets of zelfs te voet te benaderen. Parkeer je auto in Bruinisse en wandel langs de Oosterschelde naar het natuurgebied. Even verderop ligt trouwens het Watersnoodmuseum. En achter dit museum ligt een schitterende inlaag waar je tijdens hoog water vaak veel soorten kunt zien.

Ontdek meer interessante vogelgebieden in Zeeland door mijn overzicht van de beste Zeeuwse natuurgebieden te raadplegen.

Weekendje weg op Schouwen-Duiveland

Maak een fietstocht langs de Oosterschelde en geniet van de wadvogels die samen drommen in de hoogwatervluchtplaatsen tussen Zierikzee en Burgh-Haamstede. En verken de natuur rond het indrukwekkende Watersnoodmuseum. Ontdek de mogelijkheden van een weekendje weg op Schouwen-Duiveland, compleet met praktische tips.