Twee weken geleden ging ik speciaal voor de drieteenstrandlopers naar de Brouwersdam, maar wat ik ook filmde: geen drieteenstrandlopers! Ze zaten er simpelweg niet, of ik zag ze over het hoofd. Vandaag ging ik met Sjaak op herkansing en we zagen er nu wel één. Meer ook niet trouwens. Het bleef bij die ene, maar die kreeg ik dan wel heel mooi voor de camera.
Lees verder Mijn eerste drieteen en bontbekplevier van het seizoenTag archieven: strandlopers
Foeragerende drieteenstrandloper op het strand
Een kort bericht vanavond, want over de drieteenstrandloper schreef ik eerder al een uitgebreider artikel. Nu dus weer een drieteenstrandloper. Je kunt ze haast niet mislopen op de Brouwersdam. Op het talud en op de rustiger delen van het strand lopen ze in sneltreinvaart langs de vloedlijn, op zoek naar voedsel. Deze peurt zowaar een schelp uit het zand. Kijk je goed naar het openingsbeeld van het filmpje, dan zie je dat steltlopers nooit hun hele snavel openen wanneer ze in het zand peuren. Slechts de snaveltop gaat open. En die zit vol gevoelige zenuwen. Elke steltlopers voelt dus meteen of zijn snavelpunt op iets eetbaars botst.
Bonte strandloper aan de kust
Gisteren schreef ik al over een steltloper die als broedvogel is uitgestorven in Nederland (de goudplevier), vandaag heb ik weer zo’n geval. De bonte strandloper was tot de jaren tachtig in Nederland en België een broedvogel. Maar dat laatste broedsel was al een incidenteel geval, zo lees ik op de website van Sovon. Tot de jaren zestig was de bonte strandloper een min of meer regelmatige broedvogel. Nu moeten we het doen met doortrekkers en wintergasten. In het Handboek Vogels van Nederland en België lees ik dat je in najaar en winter honderdduizenden exemplaren in Nederland kunt zien. Dan zie je de bonte strandloper aan de kust en in het binnenland. Aan de kust soms in grote zwermen. Overigens meldt ditzelfde handboek dat de bonte strandloper ook een zomergast is. Een tienduizend exemplaren zouden de zomermaanden aan de kust door brengen zonder tot broeden te komen. Lees verder Bonte strandloper aan de kust
Kleine strandloper in de Klein Beijerenpolder
De Klein Beijerenpolder is een paar hectare nieuwe natuur op Schouwen-Duiveland. Tegen de zeedijk aan, bij het dorp Ouwerkerk, is een schelpeiland aangelegd voor grondbroeders als bontbekplevier, kleine plevier, visdief en dwergstern. Ik was er onlangs en toen zag ik zowaar een kleine strandloper. Die kreeg ik niet eerder voor de lens! Het aardige van de Klein Beijerenpolder is dat je vanaf de weg goed overzicht hebt over het natuurgebied. Neem een telescoop mee en je bent helemaal de koning. Toen ik er was had ik mijn telescoop net niet bij, maar een tweetal vogelaars was zo vriendelijk mij door hun Swarovski te laten kijken. Opnieuw was ik onder de indruk van het fantastische beeld.
Als je veren maar goed zitten
Overleven in de winter valt voor de meeste dieren niet mee. Kou, regen, sneeuw, wind en voedselgebrek, het zijn vaak barre omstandigheden. Wil je als kustvogel overleven dan is een puik verenkleed allernoodzakelijkst. Onverzorgde veren laten water en kou door en dan hoeft het echt niet te vriezen om snel het loodje te leggen. Niet gek dus dat deze paarse strandloper zich twee minuten lang aan het poetsen is. Veertje voor veertje wordt door zijn snavel gehaald. Het verendek sluit weer en is lekker vet en dus waterafstotend. Dat is voor een koolmees in het park al belangrijk, maar voor zo’n kustvogel nog veel meer. Hij zoekt immers in de branding naar voedsel. Waar hij geregeld kennis maakt met het koude water van de Noordzee. Op de achtergrond hoor je trouwens een stel andere vogels die je op de Zuidpier van IJmuiden ziet. Zilvermeeuwen natuurlijk, en de steenlopers. Maar ergens hoor je ook de piep van een pieper. Jazeker, een waterpieper!
Over drieteenstrandlopers op het strand bij IJmuiden
Op weg naar de Zuidpier besloot ik over het strand te wandelen. Er liepen groepjes drieteenstrandlopers aan de vloedlijn, daarvoor ploeg ik wel door het mulle zand. Drieteenstrandlopers broeden in het hoge noorden en waaieren in het najaar tot ver in Afrika uit. De honingpotten aan Afrikaanse kusten wegen ruimschoots op tegen het risico van een lange vliegreis. Koos Dijksterhuis schreef er een mooi eboek over. Gelukkig blijft een deel van de drieteenstrandlopers op drift aan de Nederlandse kust hangen. Ze lopen fanatiek op het ritme van de golven heen en weer. En peuren driftig en razendsnel in het zand. Nee, deze opname van drieteenstrandlopers op het strand bij IJmuiden heb ik niet in de versnelling gezet. Zo zijn drietenen nu eenmaal!
Waar kun je drieteenstrandlopers zien?
Drietenen zie je meestal op het strand, op zand dus. Maar ze versmaden rotsige plateaus zeker niet. Bijna aan het eind van de Zuidpier kwam ik er één tegen. En op de Brouwersdam zeg ik bij ebbend water groepjes drietenen op het vlakke talud naar voedsel zoeken. Wil je drieteenstrandlopers zien, ga dan lekker uitwaaien op het strand. Dat is toch zeker geen straf? Zie je kleine donsvogels zich langs de vloedlijn spoeden, dan heb je drietenen in beeld. Vlak na een flinke storm uit het westen is ideaal. Dan waaien soms complete velden mesheften het strand op, met resten schelpdier er nog in. Dan verandert voor drietenen ook het Hollandse strand in een ware honingpot.