In natuurgebied de Donkse Laagten kun je nu overal grote groepen kolganzen tegenkomen. Hoor je hoge gakgeluiden in de lucht, dan weet je dat er kolganzen op komst zijn. Het is een klein wonder dat er zulke grote groepen zijn! Vanaf 1995 komen de kolganzen met te weinig jongen terug uit de broedgebieden in het Hoge Noorden. Waarom het daar op de Russische toendra zo misgaat, is me niet bekend. Wel maakte SOVON onlangs bekend dat ook 2015 geen best jaar was voor de kolgans. Daar komt bij dat door de zachte winters er steeds meer ganzen in Denemarken en Zweden blijven ‘hangen’. Tja, waarom naar Nederland vliegen wanneer je dichterbij huis je kostje bij elkaar kunt scharrelen? Geniet van de kolgans nu het nog kan! Hier zie je een groep kolganzen met op de achtergrond Molen De Vriendschap in Bleskensgraaf terwijl de wieken draaien. De Alblasserwaard op zijn best!
Waar herken je een kolgans aan?
Je hebt grijze ganzen en bruine ganzen. Brandganzen en rotganzen zijn grijze. Kolganzen en grauwe ganzen zijn bruine. Om met het moeilijkste te beginnen: kolganzen herken je aan hun geluid. Geen zwaar en laag gakken, maar juist hoog, lachend en haast muzikaal volgens mijn vogelgids. Dat laatste is misschien wat overdreven, maar ga eens op ganzenexcursie en probeer de geluiden van de verschillende ganzen te onderscheiden. Uiterlijke kenmerken zijn de witte kol om de snavel en de zwarte strepen over de buik. Vanuit de verte kun je ze verwarren met dwergganzen, die stukken zeldzamer zijn. Ook dwergganzen hebben een witte kol, maar die loopt bij hen tot bijna op de kruin. Bijna een pet dus.