De allereerste dag van onze vakantie aan het Lauwersmeer was het direct prijs: een tapuit op doortrek liet zich uitgebreid filmen. Eindelijk had ik een tapuit vlak voor me. Laten we zeggen op vier meter afstand. De tapuit midden op de weg en ik aan de rand met mijn camera op het grondstatief. Had ik er nu vakantie gehouden, dan was ik vast naar de Eemshaven gereden. Daar zit een neef van de tapuit, een dwaalgast: een blonde tapuit. Blond of niet, ze zijn het filmen en fotograferen waard.
Het tweede deel in een tweeluik beschrijft ca, 420 beker-, buik-, gaatjes-, kern-, knots-, koraal-, korst-, stekel- en trilzwammen die in Nederland voorkomen.
Een vroege ochtend, zon in het oosten en regenwolken in het noorden. Voor de vogelkijkhut bij het Jaap Deensgat in het Lauwersmeer zweeft een blauwe kiekendief. Het is een vrouwtje, want bruin met de opvallende witte stuit. Maar wel een juveniel, schrijft Benno van der Lee me, want ze heeft donkere wangen. Een volwassen vrouwtje heeft lichte wangen. Hij wijst me op pagina 174 in het Handboek vogels van Nederland en België en daar staat dit inderdaad duidelijk uitgelegd, maar eerlijk gezegd vind ik dit altijd verdraaid lastig. Ze zweeft eerst op afstand, verdwijnt dan uit mijn beeld en komt dan opeens op drie meter afstand van de hut voorbij zweven. Dat gaat allemaal te snel om te filmen. Gelukkig blijft ze nog een tijdje vlak voor de hut jagen en dat weet ik wel te filmen. Blauwe kiekendief dus. Een roofvogel die het verdraaid lastig heeft in ons land als broedvogel. Nu het winter wordt, kun je ze op allerlei plekken tegenkomen. Vooral aan de kust. Zwevend boven polders en kwelders.
Correctie Met dank dus aan Benno van der Lee die me er ook op wees dat ik oorspronkelijk repte van een bruine kiekendief. Dat was dan weer een soort van Freudiaanse fout. ‘Slapend schrijven,’ noem ik dat, waardoor ik mijn eigen fouten niet meer opmerk.
De vakantie van mijn kinderen zit er bijna op en dus ook die van mij. Dat komt goed uit, want tijdens ons verblijf deze week aan het Lauwersmeer kwamen weer heel veel mooie soorten voorbij. Hoewel het weer behoorlijk grijs was, met langdurige motregen en af en toe een behoorlijke regenbui, wist ik vogels als de Noordse stern, frater, strandleeuwerik, roodhalsgans en de zeearend te filmen. En de baardmannetjes niet te vergeten. Die waren werkelijk de allerlaatste soort die ik wist te filmen tijdens de vakantie en ik publiceer dat filmpje nu als eerste.
Toen we maandag arriveerden, reed ik meteen naar de vogelkijkhut bij het Jaap Deensgat. Daar had ik al veel over gelezen. Een van de plaatsen die ik beslist moest bezoeken. Een vriendelijke fotograaf stond al een tijdje te wachten bij de verzamelplaats voor de grote grazers. Of beter gezegd: tegenover het Roodkeelplasje. Op welke vogels hij stond te wachten, vroeg ik hem. ‘Op de baardmannetjes,’ antwoordde hij monter en hij liet me een prachtige foto zien van baardmannetjes op het betonnen blok aan de rand van de rietkraag. Hij vertelde me dat dit een van de beste plekken was om baardmannetjes te fotograferen. ‘Maar vandaag staat er teveel wind en dus wordt het niets,’ concludeerde hij. En even later zag ik hem in de auto voorbij komen. Toen had ik mijn eerste soort al gefilmd: een tapuit op doortrek, op nog geen vijf meter afstand en ik doodstil liggend op de weg. En de fotograaf kwam ik later op deze plek ook weer tegen.
De hele week woei het behoorlijk. Slechts één keer hoorde ik de baardmannetjes, maar zien lieten ze zich niet. Tot vanmorgen. Een zonovergoten dag, rijp op het gras en dus snel een laatste bezoek aan de vogelkijkhut. Ik was de eerste bezoeker en dat is altijd fijn en zeker vandaag: de baardmannetjes trokken voorbij. Zolang ik niet bewoog, trokken ze zich niet veel van me aan. Een paar mannetjes en vrouwtjes, eerst met behoorlijk tegenlicht en toen ik terugliep naar de auto met warm licht van achteren.
Baardmannetjes zijn insecteneters. Je ziet het aan de spitse snavel. In de winter, en zeker wanneer het koud is, stappen ze echter over op de zaden in de rietpluimen. In mijn filmpje zie je ze inderdaad van zaadjes uit de pluimen pikken.
Beste plekken om vogels te kijken bij Lauwersoog Wil je weten wat de beste plekken zijn om vogels te kijken bij Lauwersoog, bekijk dan dit overzicht.
Beeldt alle 900 vogelsoorten af die in Europa voorkomen of er zijn gezien als dwaalgast.
Een visueel spektakel dat de kleinste details onthult.
Een juweel van een boek en de ultieme vraagbaak in het veld.
Dit is een heel lijvige gids. Het is echter geen veldgids, maar een fotogids. Alle nadruk ligt dus op de afbeeldingen, foto's in dit geval. Het is wel een indrukwekkende fotogids die je zeker zal helpen om vogels te leren herkennen.
Een praktische vogelgids om vogelgeluiden te leren herkennen. Nico de Haan is een meesterlijke uitlegger en de illustraties van Elwin van der Kolk zijn top. Door de bijzondere indeling bijzonder handig voor beginnende vogelaars.