Recensie: Wat zingt daar?, Dick de Vos en Elwin van der Kolk

Regelmatig verzuchten mensen dat ze het zo moeilijk vinden om vogelgeluiden te herkennen en om ze ook nog eens uit elkaar te houden. Gelukkig zijn er deskundigen die je op pad willen helpen. Dick de Vos is zo iemand. Hij heeft al een groot aantal boeken over vogelzang op zijn naam staan en nu verscheen een nieuwe gids van hem: Wat zingt daar? Vogelzang door het jaar heen. Deze heel laagdrempelige gids is ideaal voor iedereen die vogelgeluiden wil leren herkennen.

Waarom zingen vogels eigenlijk? In het eerste hoofdstuk gaat Dick de Vos in op deze vraag. Een concurrerend mannetje uit het territorium houden of verdrijven is één reden. Een andere belangrijke reden is om een vrouwtje te lokken en te binden. Tijdens de baltsperiode trekken vooral de mannetjes alles uit de kast om indruk te maken. Het mannetje die met de grootste overtuigingskracht kan zingen, die zal als winnaar uit de bus komen. De kampioenen onder de zangvogels zijn de nachtegaal en bosrietzanger. Die hebben honderden motieven tot hun beschikking en werpen die dan ook fluks in de strijd. Heb je deze soorten wel eens horen zingen, dan snap je meteen wat de auteur bedoelt. ‘Overweldigend’ is in geval van de zang van nachtegaal en bosrietzanger nog een eufemisme.

Je leest in dit hoofdstuk trouwens heel interessante dingen. Waarom zou je zo’n ingewikkelde zang ontwikkelen als de bosrietzanger doet? De auteur noemt hiervoor de Beau Geste-hypothese. Beau Geste is de hoofdpersoon van een roman. Een soldaat die in zijn eentje een fort moet verdedigen tegen de oprukkende vijand. Al zijn medesoldaten zijn dood, maar hij stelt ze strategisch op in het fort en drukt ze een geweer in de hand. Door zelf vanuit alle hoeken en gaten schoten te lossen, wekt Beau Geste de indruk dat het fort nog volledig bemand is. Je ziet hetzelfde gedrag bij zangvogels. Door hun strofen af te wisselen en bovendien ook nog eens van locatie te wisselen, wekken de mannetjes de indruk dat het territorium tjokvol zit. Geen ruimte meer voor indringers, lijken ze ermee uit te willen drukken.

Over naar de praktijk. De Vos biedt je een keur aan ezelsbruggetjes om zangvogels aan hun zang te herkennen. Denk bij de grauwe gors aan een rinkelende sleutelbos. En met de rietgors zing je stilletjes de tekst ‘Ik zit in ‘t riet’ mee. Dat laatste heb ik geprobeerd bij één van mijn filmpjes, en verrek, precies het juiste ritme!

Ook heel handig is het rijtje met vogels die hun eigen naam roepen. Vogelnamen die afgeleid zijn van de roep heten met een duur woord ‘onomatopeeën’. De grutto en de kievit kennen we allemaal wel. En zo is er nog een aardig rijtje op te sommen.

Met de uitgebreide zangsleutels biedt Dick de Vos je een ontzettend handig hulpmiddel bij het onderscheiden van vogelgeluiden. Ik heb een tijdje naar de boom met zangsleutels zitten kijken en vind het een wonder van vernuft. Elke hoofdtak staat voor een geluidstype. Van roffelen tot roepzang en motiefseries. De top van de boom wordt gevuld met takken voor strofenzang. Op de drie takken halfvrije strofen, stereotiepe strofen en vrije strofen zitten vogels als pimpelmees, heggenmus en tuinfluiter. De hele boom wordt gevuld door tientallen vogels, waaronder ook de steenuil en bosuil, want het zijn natuurlijk niet alleen de zangvogels die geluiden maken. In de bladzijden beschrijft de auteur de geluiden en deelt hij de vogels ook nog eens in handige tabellen in, met verwijzing naar de pagina’s met soortbeschrijvingen. Zo uitgebreid en praktisch heb ik het nog niet gezien in een vogelboek.

Dan volgen de beschrijvingen van de verschillende vogelsoorten. Daarbij is gekozen voor een indeling per maand. Welke vogels kun je in welke maand horen? Zo zingen in mei de grasmus, nachtegaal, bonte vliegenvanger, gekraagde roodstaart en koekoek heel uitbundig. Deze soorten worden uitgebreid beschreven. De bekende illustrator Elwin van der Kolk zorgde voor de fraaie en herkenbare illustraties. Je leest over het uiterlijk van de vogel en natuurlijk heel veel over het geluid. Ik sla Wat zingt daar? open bij de grasmus (omdat ik die de laatste weken zoveel heb gehoord en gezien). Hij leeft in ruigtes. Zou beter de ‘krasmus’ genoemd kunnen worden vanwege zijn krasserige zang. En omschrijf ik tijdens excursies de zang van de grasmus als een ‘zigzag’ daar omschrijft Dick de Vos zijn zang als ‘zagend’. Dat vind ik ook een treffende beschrijving. De strofen worden letterlijk uitgeschreven. Ook vind je een notenbalk. Natuurlijk schieten taal en notenbalk te kort om een vogelgeluid te omschrijven. Daarom hoort bij het boek Wat zingt daar? ook een app: binnen de app BirdSounds Europe vind je een collectie van de vogels in dit boek. Daar kun je de geluiden dus beluisteren. Ontzettend handig.

In andere maanden hoor je heel andere vogels. En gelukkig maken vogels niet alleen in het voorjaar geluid. Je kunt het hele jaar door naar vogels luisteren en met de gids Wat zingt daar? aan de slag.

Wat zingt daar? sluit af met een uitleg van gebruikte termen. Ik vind echt dat Dick de Vos erin is geslaagd een heel toegankelijke gids te schrijven. Toch ontkomt hij af en toe niet aan het gebruik van een term. Ontzettend handig, voor zowel de beginnende als ervaren vogelaar, zijn de tabellen achterin. De heel uitgebreide Vogelzangkalender die veel meer vogels bevat dan zijn beschreven in de voorgaande hoofdstukken.

Ook heel handig bij de voorbereiding van je vogeltochten is de tabel Vogels per biotoop. Wil je vogelgeluiden leren herkennen, dan is mijn advies om voorafgaand aan je vogeltocht deze tabel te raadplegen. Je weet dan welke soorten je in het natuurgebied kunt verwachten. Beluister vervolgens in de app de vogelgeluiden en je zult tijdens je vogeltocht de vogels makkelijker herkennen en onderscheiden.

En wil je weten hoe laat de verschillende vogels zingen, dan zeker de tabel Zangactiviteit per etmaal bekijken. Dan weet je precies of je vroeg uit de veren moet, of dat je kunt uitslapen…

Een uitgebreide recensie over een vogelboek met een heel compact formaat (waardoor je het ook heel eenvoudig mee kunt nemen in het veld). Ik vind Wat zingt daar? een heel handig en aansprekend hulpmiddel bij het leren herkennen van vogelgeluiden. Vraagt iemand mij naar tips om vogelgeluiden te leren herkennen, dan zal ik in mijn antwoord voortaan zeker verwijzen naar deze gids. Toegankelijk geschreven, een genot om te lezen en werkelijk ontzettend leerzaam!

Wat zingt daar? / Dick de Vos / KNNV Uitgeverij / als paperback

PS
Lees ook het interview met Dick de Vos naar aanleiding van zijn nieuwe boek. Hij geeft daarin onder andere een aantal praktische tips voor het herkennen van vogelgeluiden.

Verwelkom nieuw leven in jouw tuin dit broedseizoen!