Wereldwijd zijn ongeveer 150.000 soorten bijen beschreven. Dat is een duizelingwekkend aantal, maar het gaat je nog meer duizelen zodra je beseft dat het aantal soorten in werkelijkheid boven de miljoen ligt. Zoveel soorten komen in Nederland en Vlaanderen niet voor. De teller blijft steken op 275 soorten wilde bijen. Maar zie die maar eens uit elkaar te houden. Dat is een grote uitdaging. Bij Uitgeverij Kosmos is daarom een kloeke veldgids verschenen die alle soorten wilde bijen in de Lage Landen beschrijft en afbeeldt: De Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen van Richard Lewington en Steven Falk. Het is een indrukwekkende veldgids.
Noem de Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen gerust een bijenbijbel. Vierhonderdtweeëndertig bladzijden liggen voor me. Verpakt in een plastic hoes, altijd handig als je hem buiten wilt gebruiken. En een groot formaat. Ga je de uitdaging aan om de bijen in ons land te leren herkennen, dan ontkom je niet aan deze veldgids. Maar let op: koop er ook een loep bij en liefst ook een fototoestel. Veel soorten wilde bijen die in Nederland en Vlaanderen leven, zijn namelijk zo klein of lijken zo sterk op elkaar, dat de kleinste details het verschil maken. Monddelen, stippels op lichaamsdelen of genitaliën geven de doorslag. Bijen herkennen is dus zo eenvoudig nog niet. Handig dan ook dat in de Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen bij elke familie duidelijke determinatiesleutels zijn opgenomen. Door de vragen te beantwoorden kom je ‘vanzelf’ bij de juiste soort. Mijn ervaring met vlinders kijken is dat je door ze te fotograferen of filmen je thuis op je gemak kunt bepalen welke soort het was. In het veld vliegen de insecten in een razend tempo langs en is het vaak onmogelijk om de details tot je door te laten dringen.
Ook verdraaid handig is de website van Steven Falk, een Britse entomoloog oftewel: een insectendeskundige. De vele supergedetailleerde foto’s van wilde bijen, bijenparasieten en gastheren vormen een welkome aanvulling op de foto’s en afbeeldingen in de veldgids. Die trouwens ook heel royaal gevuld is met afbeeldingen en foto’s. De tekeningen zijn van de hand van de vermaarde illustrator Richard Lewington die een groot aantal veldgidsen heeft geïllustreerd.
Dat de wereld van de bijen een voor mij onbekende wereld is, werd duidelijk tijdens het lezen van de verklarende woordenlijst. Je komt in het overzicht begrippen tegen als femur, labrum, dimorfie, parapsidale lijnen en nog een groot aantal van dit soort merkwaardige woorden. Dat komt er dus ook bij kijken: de betekenis van deze begrippen leren, want je komt ze veelvuldig tegen in de beschrijvingen.
Nog even terug naar de oorsprong van de Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen. Het is in beginsel een vertaling van de Field Guide to the Bees of Great Brittain and Ireland. Maar een rechtstreekse vertaling van deze gids betekende dat maar liefst 110 soorten uit de Lage Landen zouden ontbreken. En dat is niet handig. Daarom is ervoor gekozen om in de Nederlandse editie alle bijen uit het standaardwerk De Nederlandse bijen (Theo Peeters e.a.) op te nemen, aangevuld met een paar soorten die in Vlaanderen voorkomen. De meest zeldzame soorten en uitgestorven soorten ontbreken, evenals Britse soorten die niet in Nederland of Vlaanderen voorkomen. Dan kom je op 275 soorten en zodra je de Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen in handen hebt, zul je zien dat je daarmee een kloeke veldgids kunt vullen. Een schitterende veldgids trouwens, een van de mooiste die ik ken.
Deze bijen zijn in te delen in zes families: de Colletidae, Andrenidea, Halictidae, Melittidae, Megachilidae en Apidae. Dit is meteen de indeling van de soorten in de veldgids. Elke familie is ook weer onderverdeeld, compleet met determinatiesleutels per familie. Zijdebijen, zandbijen, metselbijen, langhoornbijen, mortelbijen, hommels, honingbijen en vele andere soorten worden gedetailleerd beschreven. Ben je nog geen liefhebber van bijen dan zou je het spontaan worden.
Wat ik al aangaf, de omschrijvingen zijn van een behoorlijk niveau. De kernachtige zinnen zijn doorspekt met de specifieke termen die ik hierboven al aanhaalde. Maar laat je niet afschrikken. Voeg bij omschrijvingen de zeer gedetailleerde foto’s en illustraties en je beseft: dit is de beste veldgids voor bijen die er momenteel is.
Al even informatief is de uitgebreide inleiding. Hier gaan de auteurs in op aspecten als de levenscyclus van bijen, vijanden, bijenbiotopen, hoe je bijen kunt observeren en waarnemingen kunt verzamelen en de anatomie van bijen.
De Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen is uniek in zijn soort. Liefhebbers van bijen en insecten kunnen hun hart ophalen met deze gids. Hup, het veld in en achter de bijen aan.
Veldgids Bijen voor Nederland en Vlaanderen / Richard Lewington en Steven Falk / Uitgeverij Kosmos / paperback met plastic hoes
Mijn tips voor natuurbeleving en vogels kijken
Met deze tips beleef je de natuur nog intenser en komen de vogels letterlijk dichterbij:
(voor elk budget de drie beste opties) | |
(héél véél keuze, en zelfs met geheel contactloos verblijf en dus veilig!) | |
(voor elk budget een paar opties) | |
(per provincie gesorteerd) | |
(aantrekkelijke planten voor vogels, vlinders en andere insecten) | |
(lees hier mijn tips om spechten, mezen en roofvogels naar je tuin te lokken) | |
(mijn persoonlijke top tien) |