Remco Daalder, bioloog, stadsecoloog en schrijver, verkent in zijn boek Stadse beestjes vijftig verrassende levens van dieren in de stad. In zijn geval de stad Amsterdam en omstreken. Onder het mom van: dieren vind je overal, zoekt hij naar dieren in portiek, weiland, de gracht en zelfs in het bierviltje in het café. Ik durf wel te stellen dat voor elk verhaal geldt dat niet alleen het dierenleven verrassend is, maar ook dat elk verhaal een prettige dosis humor bevat. Deze dierenverhalen toverden vaak een lach op mijn gezicht, variërend van een instemmende glimlach tot een daverende lachsalvo.
Wie is slimmer: de pimpelmees of de mens?
Om te beginnen een verbazingwekkend feitje. Vogels blijken per tijdseenheid vijftig keer zoveel informatie te kunnen verzenden dan wij mensen. Oftewel: een vogel kan in één minuut net zoveel informatie afleveren als wij in vijftig minuten. Dat is verbazingwekkend toch? In het verhaal over de pimpelmees vraagt Daalder zich af welke informatie het alarm van de pimpelmees zoal bevat. Misschien iets over de aanvliegroute van de sperwer die in aantocht is? Of de nodige krachttermen? Of nog iets anders? Die finesses ontgaan ons, wie horen slechts één enkele piep. Wie is nu slimmer, denk ik dan? De pimpelmees of de mens?
Een monster!
‘Er loopt een monster in Het Twiske.’ Zo begint het verhaal over de wilgenhoutrups. Dat is inderdaad een monsterlijk wezen! Een dikke rups van een decimeter lang. Hij vreet zich vier jaar lang in zijn eentje een weg door wilgenhout en komt er dan als wilgenhoutvlinder uit. Een vlinder die niet kan eten en die dus haastig op zoek gaat naar een andere vlinder om mee te paren.
Wedergeboorte als koe
Ziet Daalder hoe een ringslang langzaam maar zeker een kikker naar binnen werkt, dan merkt hij op: ‘Als ik ooit reïncarneer als dier, dan liever niet als kikker. Maak van mij maar een drie sterren Beter-Leven-Koe.’ Nou ja Daalder, als goede christen weet ik niet precies hoe dat werkt met die reïncarnatie van je, maar dat moet je wel verdienen hé. Ik vind trouwens wel dat je best goed bezig bent. Misschien verdien je als bioloog, stadsecoloog en verkondiger van blijde dierenverhalen zelfs nog wel meer dan een wedergeboorte als koe!
Een nieuwe soort?
Elke bioloog schijnt één hartenwens te hebben: tenminste eenmaal in zijn of haar leven een nieuwe soort te ontdekken. Het hart van Daalder ging tien jaar geleden plots harder kloppen. Was zijn ure aangebroken daar in het urinoir van het goorste Tsjechische bierhuis waar hij ooit binnen is geweest? Staande tussen twee bebaarde Tsjechen ontwaarde hij een klein, dik, zwart vlindertje dat in de broekspijp verdwijnt van een van zijn buurmannen die zijn gulp dicht ritst en het vlindertje ongemerkt meeneemt. Thuisgekomen wachtte hem een teleurstelling. Het was geen nieuwe soort en geen vlindertje. Het bleek de rioolmot te zijn, of aalputmotje. Voor het eerst in Nederland gevonden in 2008 op … een herentoilet.
Een drijvende houtduif
Een opening die om een of andere reden op mijn lachspieren werkte? ‘Er drijft heel wat in de Keizersgracht op deze eerste warme zomerdag. Bootjes van alle soorten en maten. Een vlotje met een meerkoetennest erop. Een fuut, een eend. En een houtduif.’
Opeens het onverwachte beeld van een drijvende houtduif in de gracht. Bevreemdend en dus inwerkend op mijn lachspieren. Schitterend beschreven. Hoe het afloopt met de dobberduif moet je zelf ontdekken.
Ik noemde hierboven overigens ook het verhaal over het bierviltje. Droge bierviltjes zijn volstrekt levenloos, zo leerde ik van het verhaal over het bierwormpje. Maar o wee wanneer je bier morst over het viltje. Dan komt het viltje plots tot leven, en hoe!
Conclusie
Vijftig verrassende dierenverhalen van de straat. Van de Amsterdamse straat, maar o zo universeel, dus geldend voor elke straat. De natuur is dichterbij dan je denkt en dat geldt ook voor vleermuizen, rat, weeskind, papiervisje (dat zeker), wintermug en slechtvalk. Het kracht van de verhalen is dat Remco Daalder telkens het plot sterk neerzet. En vrijwel elk verhaal bevat een verrassende twist vrijwel zonder uitzondering eentje die op de lachspieren inwerkt. Dit is een natuurboek waar ik vrolijk van werd. Op verkenning dus, zou ik zeggen, denkbeeldig zwervend langs Amsterdamse grachten, door steegjes, in kroegen, door weidegebieden en stadsparken. Genietend van ontzettend leuke verhalen over soms heel gewone maar vaak bij nader inzien toch heel bijzondere dieren! Laat ik trouwens niet vergeten de prachtige etsen te vermelden gemaakt door Barbara Wichers Hoeth. En dat Stadse beestjes door de gebonden uitvoering ook bijzonder geschikt is als cadeautje.
Stadse beestjes / Remco Daalder / Atlas Contact / als hardcover en als e-book
PS.
Remco Daalder schreef ook het boek De meerkoet die je overal kunt zien waar water is. Misschien denk je: ach, een meerkoet. Eerlijk gezegd denk ik dat ook vaak, maar toch is de meerkoet een reuze-interessante vogel. Waar een goede schrijver talloze verhalen over kan vertellen. En die vind je maar genoeg in dit fascinerende boek van Remco Daalder. Lees mijn recensie over De meerkoet.