Recensie: Meeuwen handboek voor Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten, Peter Adriaens

Eindelijk wordt er in een ernstige lacune in mijn boekenkast voorzien. Een goede meeuwengids ontbrak er nog aan en dat terwijl ik mezelf beslist niet als een meeuwenkenner beschouw. Deze dagen plofte het gloednieuwe Meeuwen handboek voor Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten op de deurmat. Vier meeuwendeskundigen stelden dit handboek (dat je ook mag zien als een kloeke determinatiegids) samen. Alle 44 soorten en ondersoorten meeuwen die in het West-Palearctische gebied voorkomen worden zéér uitgebreid in beeld gebracht en besproken. Ik verzeker je hier al: dit is een must-have voor elke vogelaar die ook naar meeuwen kijkt.

Dat laatste is zo vanzelfsprekend niet. Naar meeuwen kijken doe ik nog altijd te weinig. Staan er veel meeuwen op de Brouwersdam, dan zakt de moed me al snel in de schoenen. Moet ik werkelijk al die meeuwen van top tot teen bekijken of er misschien een bijzondere soort tussen staat? Zeer tot mijn schande schrijf ik dit. Want meeuwen zijn razend interessante vogels. Niet alleen de bijzondere soorten als Pontische meeuw, geelpootmeeuw, dwergmeeuw of vorkstaartmeeuw. Ook de gewonere soorten bieden de nodige uitdaging. Ik raad je daarom aan om ook naar meeuwen te kijken, en zeker tijdens de trekperioden wanneer je aan de kust kans maakt op bijzondere zeldzaamheden.

In het voorwoord ontdek ik dat er een woord bestaat voor mensen die nauwelijks omkijken naar meeuwen: larafobie, de angst voor meeuwen. Terecht vragen de auteurs zich af: ‘Als je het veld in gaat en er geen aandacht aan besteedt, is je hobby dan echt vogels kijken of is het ‘vogels negeren’? Heeft dit geen invloed op je vermogen om de vogels die je ziet een naam te geven?

Al in de inleiding moet ik me schrap zetten. Ik tuur ingespannen naar een foto van de vleugeltoppen van Pontische meeuw, zilvermeeuw en geelpootmeeuw. Het verschil zit hem in de details en het vergt voor mij echt veel moeite om die details te zien en te onthouden. Het beste is om naar de Zuidpier te rijden, of naar de Brouwersdam, en daar met dit handboek in de hand de aanwezige meeuwen te analyseren. Omdat de details er danig toe doen, is het ook raadzaam om de topografie van de meeuwen een beetje uit je hoofd te leren. En de informatie over de cycli van de meeuwen te lezen, want een meeuw kan er tot vier jaar over doen voordat hij de status van adult (volwassenheid) bereikt. En elke cyclus (of: kalenderjaar) heeft weer zijn eigen kenmerken. En alsof het al niet lastig genoeg is, is er ook nog de rui die je in verwarring kan brengen. Kortom, een handboek als dit is zéér welkom!

Recensie Handboek meeuwen van Europa noord afrika en het midden oosten Peter Adriaens

Vorig jaar meende ik op de Brouwersdam een drieteenmeeuw te zien. Ik zag een meeuw formaat kokmeeuw vliegen en met een donker lijnenspel op de bovenvleugels. Sneller klopte mijn hart, maar helaas, het bleek een jonge kokmeeuw te zijn. Gek eigenlijk, want ook een jonge kokmeeuw heeft zo zijn schoonheid. Vogelaars zijn soms best onredelijk en je begrijpt dat ik nu vooral over mezelf schrijf.

Mijn ogen glijden over de vele foto’s van de drieteenmeeuw. Eerst de adult met zijn gele, puntige snavel. Dan de foto’s van de eerste cyclus (ik ben meer gewend om te spreken van kalenderjaar). Daar zie ik de meeuw van het formaat kokmeeuw met de zwarte tekening. Onderaan de pagina zie ik ook een dwergmeeuw eerste cyclus naast een drieteenmeeuw. Handig dat de verschillen tussen sterk gelijkende soorten zo gedetailleerd in beeld worden gebracht. Een drieteenmeeuw in de tweede cyclus lijkt al heel sterk op een adult, alleen heeft die jongere drieteen uitgebreider zwart op de buitenste handpennen.

Dan glijden mijn ogen over zeldzame meeuwensoorten: ivoormeeuw, vorkstaartmeeuw, dunbekmeeuw (die ik een paar geleden in de Camargue zag), de kleine kokmeeuw, bruinkopmeeuw, grijskopmeeuw en zo nog een aantal meeuwen die honderden mensen op de been brengen zodra ze in ons land worden waargenomen. De verspreidingskaartjes verraden dat deze zeldzaamheden vaak echt van héél ver komen. De kusten in de arctische gebieden in het hoge noorden herbergen een groot aantal bijzondere soorten. Maar dit meeuwenhandboek beschrijft ook soorten die in Afrika en het Midden-Oosten leven. Een enorm gebied dus.

Ik blader door naar de burgemeesters. Vorige winter zagen Sjaak en ik een kleine burgemeester in zijn eerste cyclus. De foto’s van deze prachtige meeuwensoort roepen weer veel herkenning op. Ik lees dat de kleine burgemeester in dit kalenderjaar sterke gelijkenis met een bleke Kumliens meeuw kan vertonen. Het was toch echt een kleine burgemeester, zo verzeker ik mezelf.

Vikingmeeuw, Kamtsjatmeeuw, Armeense meeuw, Baltische mantelmeeuw en al die andere zeldzame soorten. Of ik die ooit uit elkaar zal kunnen houden, of zal kunnen onderscheiden tussen onze eigen zilvermeeuwen, kleine mantelmeeuwen en grote mantelmeeuwen, dat betwijfel ik zeer, maar daar heb ik nu dan ook dit meeuwenhandboek voor.

Het Meeuwen handboek voor Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten is een zéér welkome veldgids. De opzet vind ik werkelijk geweldig. Elke meeuwensoort wordt uitgebreid beschreven, inclusief alle cycli die hij doormaakt. En inclusief een keur aan kleurenfoto’s van staande en vliegende meeuwen. Handige detailstreepjes wijzen je op de minieme details die nodig zijn voor de determinatie van de soort. En bij elke soort vind je een vergelijking met sterk gelijkende soorten. Dit is vogeldeterminatie van het hoogste orde.

Nee, van larafobie is bij mij geen sprake meer. Laat maar komen, al die bijzondere meeuwensoorten. Ook met het Meeuwen handboek voor Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten zal het determineren een behoorlijke uitdaging blijven, maar oefening baart kunst. En aan het handboek zal het niet liggen, want dat vind ik werkelijk een verbluffend goede meeuwengids die ik een voorname plek in mijn boekenkast ga geven. Dit is een zeer welkome aanvulling op mijn gewone vogelgidsen. En nu op naar Westkapelle, de Brouwersdam en de Zuidpier en naar al die andere plaatsen waar het goed meeuwen kijken is!

PS. Dat de ware meeuwendeskundige in mij nog geboren moet worden bewijst mijn waarneming op de zeedijk bij Westkapelle wel. Ik hield de 1e kalenderjaar voor een geelpootmeeuw, maar meeuwenkenners corrigeerden me: het bleek een Pontische meeuw.

Meeuwen handboek voor Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten / Peter Adriaens / Noordboek Natuur / als luxe paperback