Recensie: Margje, Jan Siebelink

Op de boekenmarkt in Gouda kocht ik mijn eerste boek van Jan Siebelink: De overkant van de rivier. Het boek over zijn moeder, zo liefdevol geschreven. Hoewel Siebelink in deze, in alle opzichten grote roman al schrijft over de Paauwiaanse geloofsbeleving van zijn vader, weeft hij in deze roman allerlei andere verhaallijnen in. Het veer, de sfeer van het platteland, de boerengemeenschappen. Vergeleken met de bestseller van jaren later, Knielen op een bed violen, dat meer een psychologische roman is en met een knalvaart geschreven, is De overkant van de rivier een gemoedelijk boek dat een perfecte mix bevat van psychologie en sfeerbeelden. Margje is de nieuwe roman van Siebelink en is een vervolg op Knielen op een bed violen.

Een pianist slaat in de regel niet alleen maar lichte toetsen aan en dat geldt ook voor wie schrijft als een pianist. Terwijl ik deze recensie schrijf, moet ik denken aan mijn recensie van het boek van Dirk De Schutter, Het catastrofale. Ik denk dat deze ene aanduiding, het catastrofale, het werk van Siebelink óók typeert. Hoe fijngevoelig ook, met hoe grote liefde Siebelink zijn hoofdpersonen ook tot leven wekt, het catastrofale is nooit ver weg. Wie bekend is met het werk van Siebelink herkent dit vast: in het lichte en stralende van het eerste hoofdstuk, de eerste regel of alinea van een hoofdstuk ligt de tragiek al klaar om geboren te worden.

margje

Het catastrofale. Wie Knielen op een bed violen heeft gelezen denkt meteen aan het Paauwiaanse geloof. En terecht. Maar het catastrofale zit bij Siebelink altijd in meer. In de moeizame en toch liefdevolle relatie tussen moeder en vader. In de gespleten relatie tussen beide zonen. In de relaties met andere familieleden, leveranciers en weet ik veel wie. Het element afwijzing is nooit afwezig en anders is het wel de karaktereigenschap ongenaakbaar die zorgt voor overgevoelige hoofdpersonen en gespannen verhoudingen.

En dan nu Margje. Het vervolg op Knielen op een bed violen. Hoewel de titel anders doet vermoeden, niet een tweede boek over moeder Margje Sievez. De blik is in Margje gericht op drie gezinsleden: moeder Margje, oudste zoon Ruben en jongste Thomas. Nu en dan schrijft Siebelink vanuit het perspectief van Margje, maar het grootste deel van deze roman schrijft hij vanuit het perspectief van Ruben. De oudste zoon die op oudjaar het graf van zijn ouders bezoekt en zijn leven overziet. Hij wacht in de sneeuw op zijn broer Thomas die ondanks hun afspraak niet komt opdagen. En de bloemen op het graf zijn ook nog eens gejat! Fragmenten uit het gezinsleven komen voorbij. Ruben ziet zichzelf in de kelder bij oom Anton met de modeltreinen spelen. En met een foto in zijn hand van een jonge vrouw en oom Anton op Roland Garros in Parijs. Was de jonge vrouw die haar hand in die van oom Anton legt, inderdaad zijn moeder? Aan het eind van de roman gist hij er nog altijd naar. Zijn moeder die kennelijk voorbestemd was tot vrouw van de wereld maar dat nooit is geworden. Margje die trouwde met de vrolijke en levenslustige Hans Sievez en er op enig moment een trouwe volgeling van ds. Paauwe voor in de plaats kreeg, met alle merkwaardige gedragingen erbij. Over persoonlijke tragedies gesproken.

Nog zo’n persoonlijke tragedie: Ruben hunkerde heel zijn leven naar erkenning door zijn moeder. Zelfs op haar sterfbed oogst hij slechts afwijzing. De tobberd! En dan de relatie met Thomas: niet minder moeizaam. Thomas die zijn knappe vriendin nam. Thomas die het hart van moeder had. Thomas, de man van de wereld, van drank, vrouwen en joie de vivre. Thomas die zijn leven lang een moeizame relatie had met vader en diens begrafenis in de war stuurde. Thomas, met wie Ruben, hoe tweeslachtig, een liefdevolle relatie probeert te onderhouden, maar die hem tot op hoge leeftijd reduceert tot kind. Tot en met de vraag wie het wiedhakje van vader zal erven aan toe. Thomas, die een litteken van een beet van Ruben in zijn schouder meedraagt. Thomas, voor de rest van zijn leven blind door de onhandige Ruben. Thomas, na zijn pensionering schijnbaar bezeten met dezelfde waanzin als zijn vader, aan de slag met kwast en verf.

Siebelink laat in Margje zowat elk hoofdstuk beginnen met een regel vol licht waarbij je al direct aanvoelt: dit gaat mis. En ja hoor, daar slaat de pianist de eerste zware toets aan. De catastrofe kleeft aan elke bladzijde en aan elke hoofdpersoon. Knap hoe Siebelink het catastrofale telkens op zo’n natuurlijke en evenwichtige manier weet in te brengen zonder dat Margje topzwaar wordt door het sombere.

Jan Siebelink wekt in Margje een drietal personages uit zijn oeuvre op een prettige manier weer tot leven. Het is niet de pageturner die Knielen op een bed violen was. Het voert je op een aangename manier mee in de leefwereld van vooral oudste zoon Ruben die naar ik vrees tot zijn laatste ademtocht zal blijven tobben. Ook echt een kind van zijn vader.

Margje / Jan Siebelink / De Bezige Bij / als paperback en als e-book

Lees ook mijn recensie van Knielen op een bed violen waarvan in 2016 de verfilming verscheen.