Caspar Janssen schrijft onder meer als journalist voor de Volkskrant. Hij is gefascineerd door de natuur en dat blijkt uit al zijn boeken die hij inmiddels schreef. Ik las pas het boek In de ban van het beest, een bundel waarin deskundigen vertellen over hun favoriete dier. En dat betekent een kennismaking met bekende én mindere bekende dieren. Ik vond het een heel aangename ontdekkingstocht door de Nederlandse natuur.
Met de Nederlandse natuur is het helaas bar slecht gesteld. Alle recente rapporten wijzen uit dat de biodiversiteit gierend achteruit holt. Natuurlijk, door de klimaatverandering kruipen er ook soorten van zuid naar noord. En dus zien we ook in Nederland hier en daar bijeneters, en rukt een dagvlinder als het staartblauwtje op. Gelukkig kun je ook in ons land nog altijd heel mooie, indrukwekkende, gewone, bekende en minder bekende dieren zien. De meesten van ons weten eigenlijk niet heel veel over het leven van deze dieren. Caspar Janssen ging in gesprek met wetenschappers die jarenlang onderzoek deden naar een bepaalde soort. En schreef er prachtige verhalen over, in gewone mensentaal, dus héél goed leesbaar.
Welke dieren je zoal tegenkomt in In de ban van het beest? Het boek opent met de egel. Dan volgen de zwarte specht, de gewone tuinslak, de fluiter, lepelaar, tapuit, wespendief en boomvalk. Dit is slechts een greep uit de dieren hoor. De lijst van dieren is véél uitgebreider. Oftewel: heerlijk leesvoer dus, en vooral: een kennismaking met ontzettend veel dieren.
Alle verhalen zijn mooi, maar sommige verhalen springen eruit. Voor mij was dat het verhaal over het pimpernelblauwtje. Deze prachtige dagvlinder leefde ooit in Limburg en Brabant, stierf vanwege het verdwijnen van het leefgebied uit en werd in 1990 weer opnieuw geïntroduceerd in een gebied bij Den Bosch. Irma Wynhoff, actief in de Moerputten, het bewuste natuurgebied bij Den Bosch, vertelt over het bijzondere leven van het pimpernelblauwtje. De rups zorgt ervoor dat hij in een mierennest terecht komt, waar hij in de winter jaagt op mierenlarven. Niet alle rupsen zijn dus vegetariër! Na de winter kruipen de rupsen uit hun cocon, de vlinders komen te voorschijn en leven dan nog maar twee dagen. Twee dagen waarin ze paren en eitjes afzetten. Nu wordt geprobeerd het leefgebied van deze dagvlinder uit te breiden. Mooi werk!
Het verhaal van Kees Camphuysen, auteur van het boek De zilvermeeuw, vertelt over zijn favoriete vogel. Niet geheel verrassend de zilvermeeuw. Hij omschrijft deze heel bekende vogel als ultraconservatief. Vrijwel elke zilvermeeuw houdt zich elke dag op precies dezelfde plek op als de dag ervoor. Hij kent zelf een zilvermeeuw die elke dag naar de Albedaggracht in Amsterdam vliegt. Ook kent hij individuen die elke dag naar precies dezelfde strekdam langs de Noord-Hollandse kust vliegen. Zijn verklaring? Zilvermeeuwen hebben maar weinig tijd om te foerageren, want er is maar twee keer per dag laagwater, waarbij mosselen bereikbaar zijn. En dan is het efficiënter om telkens precies dezelfde plek te bezoeken, dan telkens een nieuwe stek te moeten verkennen.
In de ban van het beest, staat boordevol interessante verhalen over dieren. Veel verhalen maken je iets duidelijk over een heel bijzonder beest. De grote modderkruiper bijvoorbeeld, de rosse metselbij en de kale bosmier. In elk verhaal probeert de kenner zich te verplaatsen in zijn of haar dier. Dat levert interessante verhalen op waarin je echt kennis maakt met de dieren.
Ben je geïnteresseerd in hoe dieren leven dan is In de ban van het beest een aanrader. De korte verhalen lezen door de soepele schrijfstijl heel prettig weg en ondertussen maak je grondig kennis met de dieren. Heel handig ook als je voor je werk of hobby meer te weten wil komen over een dier.
In de ban van het beest / Caspar Janssen / Atlas Contact / als paperback en als e-book