Recensie: Einsteins grote fout, David Bodanis

Ook een genie kan zich vergissen. Soms zo ernstig dat mensen na hem zich er flink over verwonderen. Zelfs een van de grootste genieën aller tijden ontkwam niet aan dit lot. Wat zijn grote fout was en hoe hij er toe kwam deze te maken, beschrijft David Bodanis in de knappe biografie over Albert Einstein. Het is zelfs het concentratiepunt van het boek zoals ook uit de titel blijkt: Einsteins grote fout.

 

 

 

Dat Albert Einstein voorbestemd was om iets met techniek en natuurkunde te gaan doen, was bij zijn geboorte al duidelijk. Zijn vader was een elektrotechnicus, evenals zijn oom. De joodse komaf en het latente antisemitisme in het Duitsland van de laat negentiende eeuw waren genoeg redenen voor de familie om naar Noord-Italië te verhuizen. Einstein, wars van autoriteit en autoritair gedoe, was een wat luie leerling op de middelbare school. Ondanks dat hij geen middelbareschooldiploma behaalde wist hij zich aan te melden aan het Polytechnicum in de Zwitserse stad Zürich. Pas in tweede instantie trouwens, want een aantal te lage cijfers deed hem de eerste keer de das om. Dit Polytechnicum blijkt van groot belang voor zijn loopbaan. Vooral de vriendschappen die hij er sluit met Michele Angelo Besso, levenslang zijn beste vriend en Marcel Grossmann, later een groot wiskundige. Allemaal waren ze van joods komaf. Opmerkelijk hoeveel grote denkers van joodse komaf waren.




Albert Einstein blijkt al vroeg een vriendelijke kerel, wars ook van bestaande conventies. Later in de biografie Einsteins grote fout noemt David Bodanis hem een bohémien. En dat bleef Einstein tot zijn dood. Hij trouwt met Mileva Marić. Voor hun huwelijk bevalt ze van een dochter. Die wordt zoals gebruikelijk in die tijd ter adoptie aangeboden. Later krijgen ze twee zoons, van wie de jongste waarschijnlijk veel later de doodsoorzaak wordt van Mileva Marić: hij was schizofreen in een vlaag van gewelddadigheid doodde hij zijn moeder. Van wie Albert toen al lang en breed was gescheiden.

Aanvankelijk liep het niet zo bijster goed met de carrière van Einstein. Hij werkt jarenlang zes dagen in de week voor een of ander octrooibureau. Toch creëert hij voldoende tijd om in 1905 de speciale relativiteitstheorie te publiceren. Massa en energie kunnen in elkaar worden omgezet, oftewel:  E = mc2. Jaren later en met hulp van Marcel Grossmann komt het zelfs tot de algemene relativiteitstheorie die Einstein de grote roem brengt: G=T. Dat wat een fenomenale ontdekking: dat was onze zintuigen vreemd en willekeurig voorkomt, zoals het buitelen van planeten door de ruimte, in werkelijkheid aan heel duidelijke, heel precieze wetten beantwoordt. Einstein bleef voor de buitenwereld bescheiden, maar aan zijn beste vriend Besso schreef hij juichend: ‘Dit is de grootste voldoening van mijn leven.’

De roem maakte van Albert Einstein ook een soort van playboy. Hij was al een soort van bohémien en die stijl van leven betekende dat de omgang met vrouwen ook redelijk vrij was. Zonder affaires is zijn leven misschien in de laatste fase geweest. Daarvoor wemelde het van de affaires, waarvan er één resulteerde in een tweede huwelijks, dat met de Duitse Elsa Löwenthal.

Albert Einstein bleef een zoeker en twijfelaar. Op enig moment meende hij dat hij de wonderschone formule G=T moest verrijken met een zogenaamde lambda. Met die extra toevoeging probeerde hij zijn volmaakte formule in overeenstemming te brengen met waarnemingen van astronomen die beweerden dan onze Melkweg niet uitdijde en dat daarbuiten slechts een oneindige zwartheid was. En dat stond haaks op de algemene relativiteitstheorie. Het bleek een grote vergissing, maar het duurde jaren voordat Einstein dat wilde toegeven. Een keur aan wetenschappers was er voor nodig om hem ervan te overtuigen. Van de Russische wiskundige Aleksandr Friedmann (met druipsnor en een altoos somber gelaat) tot de Jezuïteit en ontdekker van de oerknal, pater Georges Lemaître en de later wereldberoemde astronoom Edwin Powell Hubble. Hun bevindingen bevestigden G=T. Het kostte grote moeite om Einstein tot die conclusie te verleiden, maar eindelijk herriep Einstein, in het bijzijn van Hubble, de lambda. Een of lokaal suffertje in Amerika kopte over Hubble: ‘Knaap die Ozarks voor sterrenkunde verliet brengt Einstein op andere gedachten.’ Vanaf dat moment zette zich in Einstein de gedachte vast dat hij zijn intuïtie had moeten volgen door die lambda destijds niet toe te voegen. Als wetenschapper zou hij zich nooit meer laten verleiden tot iets dat tegen zijn intuïtie in zou gaan. En dat bleek zijn grote fout te worden.

Want een nieuwe generatie wetenschappers stond klaar. Niels Bohr, ook van joodse komaf trouwens, was één van. Einstein en Bohr raakten bevriend, maar Bohr verrichte onderzoek naar atomen en die atomen gedroegen zich niet altijd even voorspelbaar. En dat conflicteerde met het wereldbeeld van Einstein die juist altijd op zoek was naar die éne verklaring voor het al. Een knappe onderwijsassistent (en latere nazi-collaborateur) van Niels Bohr, Werner Heisenberg, ontwikkelde de theorie van de onzekerheidsrelatie. Wat zich in de atomen afspeelt, is onkenbaar, maar dat te weten is niet nodig om voorspellingen te doen. En dat was tegen het zere ben van Einstein die zo’n redenering slechts als een lapmiddel zag voor lancunes in ons begrip. Zijn verzet tegen deze theorie mondde uit in het verzet tegen de kwantummechanica en dat verzet bracht hem in een wetenschappelijk isolement. Einstein bleef zijn hele verdere leven speuren naar de oplossing, naar heel precieze verklaringen, kortom: naar de ultieme zekerheid. Tevergeefs.

Al die tijd had Einstein in Duitsland gewoond en gewerkt. Maar begin jaren dertig werd het duidelijk dat de toekomst aan de nazi’s was en dat voor Joden geen plaats was in dit buitengewoon beschaafde land. En speciaal Joodse wetenschappers moesten het ontgelden. De eerste boekverbrandingen werd al georganiseerd en de boeken van Einstein werden met een meer dan gemiddeld genoegen in de vlammen geworpen. Ook zo’n buitengewone blijk van beschaving. Albert Einstein had het door: wegwezen. Hij emigreerde naar Amerika waar hij een betrekking kreeg aan Princeton. Hij benutte een groot deel van zijn tijd, energie en vermogen om Joden uit het verre Duitsland naar Amerika te bewegen.

In 1955, oud en zwak, overleed Einstein door een scheur in het aneurysma. Hij bloedde zo snel dood dat de verpleegster die bij hem was zijn laatste woorden niet meer kon opvangen. Of begreep ze de Duitse woorden niet?

De biografie van David Bodanis vind ik knap geschreven. Hij geeft in zijn dankwoord aan dat de biografie door de keuze van een ‘concentratiepunt’ aan kracht won. Dat concentratiepunt is de grote vergissing van de grote meester geworden. In korte, heel leesbare hoofdstukken, voert Bodani je mee door de geschiedenis van Einstein. De opkomst, het hoogtepunt, het isolement in zijn nadagen en zijn wetenschappelijke betekenis worden levendig beschreven. De focus ligt bij alles op de wetenschappelijke ontwikkelingen en betekenis van Einstein. Tussendoor lees je ook over zijn levensloop. Over zijn mislukte huwelijk, zijn tweede huwelijk, summier iets over affaires, maar niet veel. Evenmin heel veel over de relatie tussen Einstein en zijn twee zonen. Een relatie die eerst bijzonder zwak was, maar naarmate de jaren verstreken normaliseerde, in elk geval met zijn oudste zoon. Door de focus op de wetenschappelijke ontwikkeling en bijdragen van Einstein, kom je dus niet heel veel te weten over zijn persoonlijke levensweg. En dat vind ik ergens een gemis. De periode van de jaren dertig, de Tweede Wereldoorlog en de jaren erna, waren bijzonder turbulent en ingrijpend. Ik had graag gelezen hoe Einstein zich als joodse vluchteling in die periode gedroeg en staande hield.

Dat neemt niet weg dat ik Einsteins grote fout een razend knappe biografie vind. David Bodanis, zelf natuurwetenschapper, docent en auteur van bestsellers als E=MC2 en Het elektrisch universum, verstaat de kunst om ingewikkelde materie ‘klein te maken’. Wil je begrijpen wat de betekenis was van Einstein en in welke context hij zijn theorieën ontwikkelde, lees dan Einsteins grote fout.

Einsteins grote fout / David Bodanis / Ambo Anthos / als paperback en als ebook