Recensie: Dwaalgast in het graan, Ben Koks en Elvira Werkman

De afgelopen weken heb ik weer een aantal razend interessante natuurboeken gelezen. Eén ervan is Dwaalgast in het graan van Ben Koks en Elvira Werkman die eerder het ook al fantastische boek De man op de dijk schreef. Dat laatste boek beschouw ik nog altijd als één van de beste natuurboeken. Stond in De man op de dijk de grauwe kiekendief centraal, in Dwaalgast in het graan volgen beide auteurs de steppekiekendief. Het levert ook nu weer een verrassend mooi boek op.

De steppekiekendief is voor mij één van de vogelsoorten die ik nog nooit heb gezien. Tijdens de trekperioden, met name in het najaar, worden ze in de Alblasserwaard wel gemeld, maar zelden verblijven ze er langer dan een ogenblik. Ze zijn dan op doortrek en zijn dan al snel verdwenen. Waarmee ik natuurlijk verbloemen wil dat ik op dat moment ook geen overtuigende inspanningen verricht om de steppekiekendief te zien te krijgen, omdat ik verwacht dat ik hem toch ga missen.

Steppekiekendieven zag je in ons land tot voor kort uitsluitend tijdens de trekperioden. Tot in 2017 een paartje steppekiekendieven een Groninger akker uitkoos om er een legsel te beginnen. Het was het eerste legsel in West-Europa. Vanuit een uitkijktoren op het terrein van de buurman volgt Ben Koks de verrichtingen van de slanke en bijzonder wendbare kiekendief. Heel vreemd was het niet dat de steppekiekendieven er was neergestreken. In Noord- en Midden-Europa was de steppekiekendief al aan een opmars begonnen. Vroeg of laat zou de nomadevogel die de steppekiekendief is, in Nederland tot broeden komen.

Menu

In het eerste hoofdstuk, Zomer, doet Ben Koks onderzoek naar allerlei facetten uit het leven van de steppekiekendief. Wie had verwacht dat zangvogels het menu van de steppekiekendief zouden domineren? Het blijkt zo te zijn. Nu lijkt het gestel van de steppekiekendief inderdaad gebouwd te zijn voor de jacht op razendsnelle en wendbare zangvogels. In enkele seconden tijd komt de steppekiekendief op topsnelheid. Zwaluwen, gele kwikstaarten en veldleeuweriken blijken niet veilig te zijn voor de geduchte jager.

Mengparen

steppekiekendief mannetje uitsnede

Helemaal verrassend, zeg maar gerust een tikkeltje onthutsend, vind ik het hoofdstuk over mengparen. Grauwe kiekendief, bruine kiekendief, blauwe kiekendief en steppekiekendief blijken regelmatig mengparen te vormen. En dat gaat verder dan dat er slechts sprake is van prooioverdracht tussen een grauwe kiekendief en een steppekiekendief. In Duitsland is er een mengpaar bruine kiekendief x steppekiekendief bekend dat met succes vier jongen groot bracht. Literatuuronderzoek brengt aan het licht dat hybridiseren tussen bruine kiek en steppekiek wel vaker voorkomt. In 2022 vormde een mannetje steppenkiekendief een trio met een paartje bruine kiekendieven. Terwijl het vrouwtje op het nest zat, gaf de steppekiekendief prooien over aan het mannetje van de bruine kiekendief. Heel bijzonder om te lezen over deze wel heel innige interactie tussen de vier soorten kiekendieven.

Naar verre streken

Ben Koks en Elvira Werkman maken uitstapjes naar Finland om er in de bossen en veengebieden te zoeken naar broedende steppekiekendieven. Ondertussen hebben ze er ook oog voor andere roofvogels als de ruigpootbuizerd, slechtvalk en wespendief. Je kunt het je in het licht van de actualiteit niet meer voorstellen, maar hun reizen brengen hen zelfs in Belarus en tot diep in Rusland. Een mannetje steppekiekendief werd voorzien van een zender en liet zich volgen op de voorjaarstrek. Via Italië, Albanië, Midden-Europa en Kazachstan vloog hij door naar Omsk om daar te broeden. Mooi vond ik dat ik in dat hoofdstuk ook de naam van Fjodor Dostojevski, de grote literaire schrijver, tegenkom. Mocht hij zich nu bij ons melden, dan zal hij aangeven dat hij geen al te prettige herinneringen heeft aan zijn verblijf aldaar. Hij bracht er namelijk vier jaar door in een strafkamp. Zou hij zonder die treurnis zijn grote werken hebben kunnen schrijven? Het is een zijpaadje in dit hoofdstuk, we gaan weer naar het hoofdonderwerp.

recensie een dwaalgast in het graag ben koks en elvira werkman

Ik lees in dit hoofdstuk dat de wereldpopulatie van steppekiekendieven wordt geschat op 9.000 tot 15.000 paren. De Europese populatie wordt geschat op 1.000 tot 2.000 broedparen. Zo talrijk is de steppekiekendief blijkbaar niet. Waarbij de auteurs opmerken dat het verdraaid lastig is om een broedende steppekiekendief op te sporen. Zeker in het onmetelijke Rusland is dat vrijwel onbegonnen zaak. Bedreigend evenwel is de situatie in Kazachstan waar de intensivering van de landbouw de biodiversiteit op het platteland bedreigt en dus ook de populatie steppekiekendieven die het land nog telt. Ik lees echter ook over de zogenaamde ‘no-till-landbouw’, een vorm van landbouw waarbij niet geploegd wordt. De bodem wordt redelijk ongestoord gelaten en dat heeft weer een positieve uitwerking op de biodiversiteit. Maar de vrees is toch dat de akkers in Kazachstan op termijn opgeofferd gaan worden aan de intensieve landbouw met rampzalige gevolgen voor de akkervogels aldaar. Waar ken ik dat verhaal van?

Waar overwintert de steppekiekendief?

Broeden doet de steppekiekendief dus in een oneindig gebied. Van West-Europa tot ver naar het oosten. Maar waar overwintert hij? India en Afrika blijken klassieke overwinteringsgebieden te zijn voor de steppekiekendief. De laatste tijd blijft een aantal echter ‘hangen’ in West- en Zuid-Europa. Helaas lijkt het aantal steppekiekendieven dat in India overwintert, in een vrije val terecht gekomen. Slaapplekken waar in de jaren negentig nog 1.000 kiekendieven werden geteld, tellen nu nog nauwelijks 100 vogels. Ook hier lijkt de intensivering van de landbouw een rol te spelen en met name het gebruik van pesticiden in de landbouw. Tijdens tellingen op slaapplaatsen worden regelmatig dode kiekendieven gevonden. Niet alleen kiekendieven trouwens, ook dode vossen en kleine Indiase trappen. De wolken kortteenleeuweriken die er altijd leefden, zijn zelfs volledig verdwenen. Ook verandering van gewassen lijkt een oorzaak te zijn. En er lijkt sprake te zijn van elkaar versterkende factoren. De introductie van andere gewassen levert de boer meer winst op waardoor hij meer te besteden heeft aan pesticiden waardoor insecten, zoogdieren en vogels massaal het loodje leggen. Deze hoofdstukken maakten mij een beetje somber en vooral bezorgd.

In Afrika

In Afrika gaat het er heel anders aan toe, lees ik verderop in Dwaalgast in het graan. Daar doet een spiritueel leider een oproep aan zijn volgelingen om met bijl en zaag een enorm bos te vernietigen en dat gebeurt dan ook in een mum van tijd. Vijf miljoen bomen en struiken om zeep geholpen! Om er vervolgens de pindateelt te introduceren. Ondertussen zijn duizenden herders hun graasgebieden kwijt. Wie nog onvoldoende beseft hoe kwalijk de invloed van de mens is op de biodiversiteit, die moet dit hoofdstuk aandachtig lezen. Maar gek genoeg, en dan blijkt maar net op welke soort je je richt, juist dit gebied blijkt tot de beste gebieden te behoren voor kiekendieven en andere vogels. Dat is overigens ook het gevolg van nog grotere kaalslag buiten deze gebieden waardoor daar kiekendieven en andere vogels helemaal zijn verdreven. En zich nu concentreren op eilandjes te midden van woestenij. Maar er zijn gelukkig ook mooie ontmoetingen te melden op het Afrikaanse continent. Ontmoeten met steppekiekendieven én met grauwe kiekendieven. Waarbij de komst van grauwe kiekendieven de plaatselijke zangvogels niets deed. Maar toen zich één steppekiekendief in het gebied meldde, vlogen de zwermen zangvogels in paniek op. Dat sluit aan bij de waarnemingen in Groningen waar gele kwikstaart, veldleeuwerik en zwaluw op het menu van de steppekiekendief stonden. En gelukkig blijken er in Afrika nog ware hotspots te zijn voor steppekiekendieven en andere vogels.

Trekgedrag

Het hoofdstuk over het trekgedrag laat ook opmerkelijke resultaten zien. Waar grauwe kiekendieven in overwinteringsgebieden nomadegedrag vertonen dat het voorkomen van sprinkhanen volgt, daar blijkt de steppekiekendief behoorlijk honkvast te zijn. Maar wat ook blijkt uit zenderonderzoek is dat de steppekiekendief tijdens de trek onderling totaal verschillend gedrag vertonen. Individuele volwassen vogels lijken volgens vaste patronen te hebben, maar onderling wijken die patronen dus enorm af.

Conclusie

Lees het boek Dwaalgast in het graan en je bereikt verre horizonten. Van een Groninger akker kom je plots in Finland terecht, en verder, in Belarus, in Rusland, tot in Kazachstan aan toe. In de winter reis je met de steppekiekendief mee naar India en Afrika. En op hun weg terug naar de broedgebieden volg je zendervogels op hun tochten via Turkije, Malta en Tsjechië. En wat ik zo mooi vond aan De man op de dijk kom ik ook in dit boek weer tegen: het verweven van menselijke verhalen met de resultaten van het vogelonderzoek en -observaties.

Dwaalgast in het graan is kortom een must-have voor elke vogelaar die geïnteresseerd is in roofvogels. Het is bovendien verplichte kost voor iedereen die zich verdiept in het kosmopolitische leven van roofvogels als de steppekiekendief (en andere vogels). En anders wel voor iedereen die graag een goed natuurboek leest!

Een soort van epiloog

jako van gorsel met verrekijker

Een akker in Groningen blijkt een directe relatie te hebben met een akker in het verre Kazachstan en met gebieden in het verre India en Afrika. Onze omgang met landschap en natuur blijkt enorme consequenties te hebben voor de biodiversiteit duizenden kilometers verderop. En het geldt ook andersom. De Indiase boer met de gifspuit op zijn rug en de Afrikaanse plattelandsbewoner die bezig is een bos om te hakken, zullen niet beseffen welke ravage ze aanrichten onder de vogelstand ten noorden van de Middellandse Zee. En ook daarom is het goed dat boeken als deze geschreven worden. Opdat we ontdekken zullen hoe innig werelden dichtbij en veraf met elkaar verbonden zijn.

Dwaalgast in het graan / Ben Koks en Elvira Werkman / KNNV Uitgeverij / als paperback

Lees ook mijn recensie over De man op de dijk.