Recensie: De houtsnip, Erwin Kompanje

In de befaamde vogelserie van Atlas Contact verscheen een nieuw deel, een wel heel kloek deel zelfs: De houtsnip van Erwin Kompanje. Het is opgezet rond het ontrafelen van een mysterie: dat van de kortsnavelige houtsnippen. Het boek opent ermee en in het nawoord benoemt de auteur dit opmerkelijke fenomeen dat mij onbekend was nog eens nadrukkelijk. De houtsnip is een mysterieuze vogel en hoewel de wereldpopulatie op miljoenen exemplaren wordt geschat is er toch opvallend weinig over hem bekend. Alle reden om een kloeke monografie aan deze steltloper te wijden.

Erwin Kompanje is sinds jaar en dag als taxidermist en wetenschappelijk onderzoeker verbonden aan het Natuurhistorisch Museum Rotterdam. Wordt er een dood dier bij het museum gebracht, dan zal hij het keuren: is het dode dier waardevol genoeg om toegevoegd te worden aan de collectie en zo ja, in welke vorm? En zo krijgt hij ook regelmatig dode houtsnippen aangeboden, zeker tijdens de trekperioden. Dan vliegen veel houtsnippen zich te pletter tegen de verlichte glazen gevels in de stad. Stuit een collega van Kompanje op een dode vogel, dan is het vrijwel regel dat hij of zij de taxidermist op de hoogte brengt. Dat de auteur een passie heeft voor het prepareren van vogels en andere dieren blijkt uit de soms uitgebreide beschrijvingen van bijzondere vondsten. En die beschrijvingen blijven niet beperkt tot de vondsten van houtsnippen alleen. Die uitstapjes zijn soms wat wijdlopend, maar leveren tegelijkertijd ook verrassende inzichten op. Zo gaat Kompanje uitgebreid in op de vondst van een dode geelsnavelduiker op de Maasvlakte die de dag ervoor nog rondzwom in de buitenhaven van Stellendam. Ook ik ging dat beest bekijken en wist hem zelfs te filmen. Nooit wist ik het ware verhaal van deze geelsnavelduiker tot ik erover las in het boek De houtsnip. Dat zijn toch leuke ontdekkingen?

Prepareren van vogels

De taxidermist steekt zijn liefde voor het prepareren van vogellijkjes dus niet onder stoelen of banken. Ik heb ervan opgestoken dat het prepareren van een moddervette houtsnip bepaald geen sinecure is. Zijn vel is een kwetsbaar vlies en maar weinigen kunnen zo’n houtsnip prepareren. Dan liever een uitgemergelde houtsnip! Dat vel is taai genoeg voor de preparateur. Dat is een ongedachte invalshoek om over vogels te schrijven!

Regelrechte avonturiers

Houtsnippen worden in het kader van wetenschappelijk onderzoek geringd en voorzien van zenders. In de landen waar de jachtdruk het grootst is, landen als Engeland, Frankrijk, Spanje en Griekenland, sturen de meeste jagers ringen retour. Daar blijken jagers nauwgezet in te zijn. Een enkele houtsnip slaagt erin om de Atlantische Oceaan over te steken vanuit Noord-Amerika. Deze plompe steltlopers blijken regelrechte avonturiers te zijn.

Veel is onduidelijk

Ondanks dat de houtsnip ook in Nederland broedt, is er veel onduidelijk. In de zomermaanden is de houtsnip zo goed als onzichtbaar. En ook in de winter heb je uitzonderlijke omstandigheden nodig om een houtsnip te kunnen zien. Een vorstperiode werkt mee, en als er een laagje sneeuw ligt, zijn de omstandigheden helemaal ideaal. Zijn verenkleed, normaal gesproken een perfecte camouflage, steekt dan juist helder af tegen de witte ondergrond. Een uitgebreid onderzoek in de Nederlandse literatuur wijst uit dat het heel moeilijk, zo niet onmogelijk is, om vast te stellen hoeveel houtsnippen er in ons land broeden.

recensie de houtsnip erwin kompanje

Nog een keer de kortsnavelige houtsnippen

Ik ontkom er niet aan om nog eens stil te staan bij het fenomeen van de kortsnavelige houtsnippen. De meeste vogelaars weten van dit fenomeen niet af. Ook wetenschappelijke ornithologische literatuur kan dit fenomeen niet ophelderden. ‘Gelukkig’ wordt er flink gejaagd op de houtsnip en werpt de jachtliteratuur wél licht op deze kwestie. Wat heet, de kortsnavelige houtsnip blijkt een ‘begerenswaardige bonus te zijn om te vermelden in de clubtijdschriften’ van de jagers, met name de Franse jagers die alles bij elkaar jaarlijks ongeveer 740.000 houtsnippen schieten (cijfer uit 2019). Houtsnippen met lange snavels worden als een delicatesse beschouwd. De snavel van de kortsnavige snippen is echter echt héél kort, de snavel is soms niet langer dan 30 millimeter. Verderop in het boek blijkt dat milieuvervuiling waarschijnlijk de oorzaak is van de afwijking, het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de landbouw met name. Maar ook virusinfecties worden niet uitgesloten. Mysterie opgelost, ik schrijf er niet meer over.

Spookverhalen over de houtsnip

Er doet overigens ook nog een spookverhaal over de houtsnip de ronde. Dat volwassen houtsnippen hun kuikens tussen de poten zouden transporteren tijdens de vlucht. Hele volksstammen, tot aan serieuze vogelaars aan toe, hechten geloof aan dit verhaal. De auteur ging op onderzoek uit en doet de meest lachwekkende vondsten. Denk niet dat dit soort verhalen uit de Middeleeuwen dateren. Ze doen ook nu nog de ronde. Sterker nog, ik kom een artikel van Vogelbescherming Nederland tegen waarin de auteur serieus beweert dat de houtsnip haar jongen vliegend wegdraagt, tussen en op haar poten. Het lijkt mij ook zeer onwaarschijnlijk en terecht dat de auteur dit verhaal naar het rijk der opmerkelijke fabelen verwijst. Mocht iemand echter onomstotelijk bewijs kunnen leveren voor dit bijzondere gedrag, dan is hij of zij natuurlijk meer dan welkom.

Snippendrek op toast

Nog merkwaardiger dan het vermeende gedrag van de houtsnip echter, is het gedrag van de mens. Met een zekere afschuw heb ik het hoofdstuk gelezen dat uitgebreid de gewoonte beschrijft om snippendrek op toast te eten. Dit is misschien iets te netjes uitgedrukt en de portee ontgaat je wellicht. Iets minder beschaafd uitgedrukt zou je kunnen zeggen: snippenstront op toast eten. Je zou er onpasselijk van worden, maar dit is een verhaal dat wel werkelijkheid is. Ik ga er maar niet verder op in, je moet zelf maar lezen over deze onsmakelijke culinaire traditie die als zeer verfijnd wordt beschouwd.

Aversie tegen de jacht

Graag val ik de auteur bij in zijn diepgewortelde aversie tegen de jacht op dieren en op houtsnippen in het bijzonder. Hij vindt de jacht op houtsnippen moreel verwerpelijk. En dan is er ook nog de ‘schaamteloze zelfingenomenheid van de moderne houtsnipjager die het doden van wilde vogels probeert goed te praten door lyrisch te kwelen over zijn diepgewortelde liefde voor de natuur […]. Terwijl de enige dieren die door de jagers echt gewaardeerd worden de jachthonden zijn.’ De jacht dient alleen het plezier van de jager. Er is geen enkele andere reden om houtsnippen te schieten.

Conclusie

Erwin Kompanje heeft een kloeke monografie gewijd aan de houtsnip, een vogel die elke vogelaar graag ziet, maar die je meestal slechts in een flits ziet. Soms wijdt hij wat uit over aanpalende thema’s. De zoektocht naar het mysterie van de kortsnavelige houtsnippen had ook iets minder uitgebreid beschreven mogen en kunnen worden. Maar wil je lezen over alle biologische facetten van de houtsnip, over zijn leven en sterven, over de mythes die rond deze steltloper hangen, lees dan zeker deze monografie. In het midden van het boek kun je houtsnippen bekijken. Sommige dood en sommige gelukkig ook levend. En jawel, daar zie ik zo’n kortsnavelige houtsnip. Inderdaad een merkwaardig geval! Het boek ontsluit bronnen uit verleden en heden. En het laat je soms naar een houtsnip kijken zoals maar weinig vogelaars doen: met het ontleedmes in de handen en met de blik op het binnenste van de houtsnip gericht. Dat daar ook veel te ontdekken valt, daarvan heeft de auteur mij wel overtuigd.

De houtsnip / Erwin Kompanje / Atlas Contact / als paperback en als e-book

Verwelkom nieuw leven in jouw tuin dit broedseizoen!