De afgelopen weken heb ik de weinige vrije uren die ik had doorgebracht met het geweldige natuurdagboek van Stefan Brijs, Berichten uit de vallei. Op een bergflank bij de Spaanse stad Málaga observeert hij de natuur. Soms maakt hij een uitstapje. Begin je te lezen, dan wil je niet meer stoppen en betreur je de omstandigheden die je dwingen om het lezen te staken.
Het is niet het eerste natuurdagboek dat Stefan Brijs schreef over zijn belevenissen in de natuur in het zuiden van Spanje. In Andalusisch logboek kon je al genieten van zijn literaire verkenningen van zijn nieuwe woonomgeving. Inmiddels is zijn woonomgeving zo nieuw niet meer en is een aantal vogels hem vertrouwd geworden. Hij volgt ze gedurende de vier seizoenen op de voet, voor zover ze te volgen zijn natuurlijk.
Want de boerenzwaluwen die op zijn terras broeden, arriveren pas in maart. Dit jaar biedt hij zelfs onderdak aan twee broedpaartjes, want ook het single mannetje slaagt erin een wederhelft te vinden. Beide paartjes komen twee keer tot broeden dit jaar. Met recht concludeert de auteur dat hij een flinke bijdrage heeft geleverd in het in stand houden van de populatie boerenzwaluwen.
Maar er zijn meer vogels die hij helpt. Wat te denken van het paartje torenvalken dat pal voor zijn huis in een nestkast broedt. Hij kan hun verrichtingen vanachter zijn schrijftafel volgen. En dan heb je het hilarische verhaal van twee technici van de elektriciteitsmaatschappij al gelezen. Over hoe ze Stefan Brijs met zijn nestkast straal negeerden. Hoe de jongste van het stel na enig aandringen toch de nestkast in de paal bevestigde. En hoe de oudste van het stel vervolgens de fooi van de jongste inpikte. De torenvalken maken dat jaar dankbaar gebruik van de kast en al snel ziet hij vier pluizenkopjes boven de rand uitkomen.
Enig afgunst vervulde me toen ik las over de roodkopklauwier die zijn prooien aan de stekels van de agave prikt. De agave die het verderop in Berichten uit de vallei trouwens gaat begeven, omdat één of andere uitheemse kever hem van binnenuit helemaal heeft uitgehold. Ook in Spanje worden flora en fauna (inheems én uitheems) bedreigd door invasieve soorten. En ook wie in het voorjaar dagelijks wordt gewekt door het gezang van een kleine zwartkop mag gelukkig geprezen worden.
Toch is dit natuurboek niet alleen maar een lofzang op de zalige Spaanse natuur. Ook in Spanje moeten er centjes worden verdiend. En daarvoor hebben boeren en buitenlui hun oog laten vallen op braakliggende berghellingen, op zogenaamd nutteloze percelen bos en andere stukken land die iedereen met gevoel voor geschiedenis en natuur intact zou laten. Met bruut geweld worden complete berghellingen geëffend. Bomen die de eeuwen hebben verduurd, worden met wortel en tak uit de grond getrokken. Niet lang daarna verrijzen er onafzienbare plantages met avocado-, mango- of olijfbomen. Bomen die aan de biodiversiteit niets toevoegen. Groen zijn ze wel, dat hebben ze dan nog voor op de percelen laagland die schuilgaan onder vele vierkante kilometers plastic waaronder aardbeien en andere gewassen worden geteeld. Maar water, héél veel water, hebben ze allemaal nodig. Zoveel water dat het land compleet uitdroogt. Waar de mens komt, daar wijkt de natuur.
Gelukkig kan Stefan Brijs de misère ontvluchten door op zoek te gaan naar een kolonie bijeneters. Diep in de bergen, in de buurt van een stuwdam, wordt hij door een vriend gewezen op een zandwand waarin zich tientallen ronde gaten bevinden. Als hij de locatie later nog een keer bezoekt, blijft het angstvallig stil. De bijeneters lijken weg te zijn. Tot hij zelf de locatie verlaat. Dan komen de fraai gekleurde vogels weer te voorschijn als ware het dat ze niet zitten te wachten op pottenkijkers.
Ondertussen blijft het kurkdroog. Een heel jaar lang valt er veel te weinig regen. Het zijn de kleine olijfboeren die de tol betalen. Die kunnen zich geen irrigatiesystemen veroorloven. Dat is met de plantagehouders wel anders. Die slurpen rivieren en stuwmeren leeg om hun bomen van sappen te voorzien. De paar buien die toch vallen, hoe stevig ook, hebben nauwelijks enig effect.
Ook een hilarisch verhaal dat je zeker gelezen moet hebben is dat over het bezoek van Hay Wijnhoven, bekend van zijn boeken over de merel en Turkse tortel. Voor die vogels reisde hij echter niet naar Andalusië. Nee, schrik niet, hij was er om op zoek te gaan naar reuzenhooiwagens. Want Hay is een van de weinige deskundigen wereldwijd op het gebied van reuzenhooiwagens. Na lang en intensief zoeken vindt hij er een aantal. Zijn ervaren vingers weten de hooiwagens feilloos te vangen en in een mum van tijd verdwijnen de beesten in een buisje met alcohol. Om later het dna te kunnen bestuderen.
Zoals ik hierboven al aangaf, begin je eenmaal te lezen in Berichten uit de vallei dan wil je niet meer stoppen. Ik werd ook gestuwd door de wetenschap dat de auteur ook zijn bezoek aan Extremadura zou beschrijven. Een regio die ik ook graag nog eens ga bezoeken. Het blijkt de toegift te zijn in het boek. Het verslag van een bezoek in het najaar, wanneer de kraanvogels Extremadura aandoen. Ondertussen speurt hij naar de grote trap, maar hij ziet enkel de kleine trap. En ook hier achteruitgang door intensieve landbouw. De aantallen kleine trappen lopen gierend achteruit. En ook de vooruitzichten voor de kraanvogels zijn niet best. Overal waar de mens met euro- en dollartekens in de ogen rondloopt, moet de natuur wijken.
Ach, laten we niet somber eindigen. Er valt in die zuidelijke streken nog zoveel moois te zien. De pret begint al meteen bij het lezen van het eerste hoofdstuk in Berichten uit een vallei. Je ziet en hoort in gedachten de roodkopklauwier, de kleine zwartkop, de hop, de roodstuitzwaluw, de purperkoet en de zeldzame witkopeend. Tussendoor komen mediterrane boomkikkers voorbij en zowaar, de auteur helpt me waarschijnlijk ook nog bij de determinatie van een nest met wespen. Ik ben vergeten de bladzijde te markeren, maar ik ga het zeker nog een keer opzoeken. Want eenzelfde type wespennest filmde ik in Italië. Kan niet missen of het is dezelfde soort. Of anders een sterk gelijkende. Zo zie je maar weer, zelfs na het lezen van dit natuurdagboek ben ik er nog niet in uitgelezen! Deze kennismaking met het werk van Stefan Brijs smaakt naar veel meer. Je gaat zijn naam de komende tijd hier vast nog vaker tegenkomen.
Berichten uit de vallei / Stefan Brijs / Atlas Contact / als paperback en als e-book
Mijn tips voor natuurbeleving en vogels kijken
Met deze tips beleef je de natuur nog intenser en komen de vogels letterlijk dichterbij:
(voor elk budget de drie beste opties) | |
(héél véél keuze, en zelfs met geheel contactloos verblijf en dus veilig!) | |
(voor elk budget een paar opties) | |
(per provincie gesorteerd) | |
(aantrekkelijke planten voor vogels, vlinders en andere insecten) | |
(lees hier mijn tips om spechten, mezen en roofvogels naar je tuin te lokken) | |
(mijn persoonlijke top tien) |