Wat ik op Tholen nooit hoorde, is in de Alblasserwaard heel gewoon: kwakende kikkers en knorrende padden. En die geluiden maken de amfibieën niet voor niets. Het is uiteindelijk allemaal bedoeld om zich voort te planten. De beste kwaker of knorhaan mag een vrouwtje bevruchten en dan weet je wel wat erna gebeurt: klonten en slierten dril in de sloot. Als die eitjes allemaal uitkomen en de kikker- en paddenbaby’s kruipen na verloop van tijd de oever op, dan heb je een paddenregen. Of een kikkerregen. Of beide, want bij mij in de tuin en voor op straat springen gewone pad en groene kikker vrolijk door elkaar.
Een padden- en kikkerregen in de tuin is zo erg nog niet. De tuinplanten staan lekker dicht op elkaar. Onder die dichte en vochtige bladeren is het prima toeven voor de amfibieën. Maar op straat is het een ander verhaal. Toen ik van mijn werk terug kwam liep mijn dochter met vriendinnetje op straat. Elk een emmertje in de hand. En ik reed langzaam voor hen langs, me afvragend wat ze nu toch aan doen waren. Dat werd me alras duidelijk: ze waren padden en kikkers aan het redden. Want elke rijdende auto plette wel een aantal springbeesten. Zo veel sprongen er in het rond.
Nu ja, een emmer vol padjes en kikkertjes. Die laat je niet op straat vrij, want dan worden ze alsnog geplet. Die gaan de tuin in, bij de soortgenoten onder het vochtige bladerdak. Maar niet voordat ik er eentje had gefilmd. Een padje en een kikkertje. Na mijn junikever en mijn bladwesprups nu dus een paddenbaby op de witte plank.
Die padjes hebben een heel aardige truc om te ontkomen aan vijandige elementen: ze laten zich op hun rug vallen en houden zich dood. Ze liggen op hun rug en alleen de bewegende keelzak verraad dat er nog leven in het beestje zit. Dan draaien ze zich half om en spreiden ze de poten. Een nóg dooiere pose! Wie zo voor pampus ligt, moet wel afscheid hebben genomen van het leven. Maar zo niet de pad. Die komt na een paar minuten weer overeind en kruipt of springt weer vrolijk verder. Dus voor het geval je het een beetje bruut vindt om een padje op een witte plank te filmen. Dat valt wel mee hoor. Als hij vandaag niet is gegrepen door een vogel of ander gevaar kruipt hij lekker onder lavendel en hortensia rond.
Ik heb nog even gekeken, maar de padjes en kikkertjes zitten nog steeds massaal in onze tuin. Op straat zie ik er vanavond niet heel veel. Gelukkig maar, want daar lopen ze pas echt gevaar. En een platte pad staat helaas niet meer op uit de dood.
Leestip
De ANWB Amfibieën- en reptielengids bevat alle amfibieën- en reptielensoorten die er in Europa te vinden zijn. De 221 soorten zijn gedetailleerd beschreven, compleet met hun specifieke kenmerken, verspreiding en habitat. Met de ruim 200 foto’s kun je een amfibie of reptiel snel herkennen; 370 tekeningen tonen de kleinste details.
Dan nu mijn paddenbaby op de witte plank. En je snapt, na de paddenbaby stel ik ook nog een kikkerbaby aan je voor. Maar dat is voor later.
Meer boeken over reptielen en amfibieën:
Een kwalitatief hoogstaande veldgids. | |
Alle Europese amfibieën en reptielen in één gids. | |
Een informatief boek over de gladde slang. |