Paarse strandlopers leven op rotskusten. En die heb je in Nederland niet veel. Wel uitgestrekte stranden, maar paarse strandlopers mijden onze stranden angstvallig. Ze hebben zich volledig gespecialiseerd in een leven op rotsachtige kusten. Gelukkig zijn wij in Nederland inventief als het gaat om het aanleggen van kunstmatige rotsen. Rotsen die al snel begroeid raken met wier, algen, mossels en pokken. En tussen al die schelpen en wieren wemelt het van het leven. En daar komen de paarste strandlopers op af!
De Brouwersdam is zo’n kunstmatige rots. Het is één van de beste plekken in Zeeland om paarse strandlopers te zien. Ze arriveren al vroeg in het najaar, in september, en blijven tot in het voorjaar, tot ver in maart. Bij laag water zoeken ze tussen de waterpokken, mosselen en het wier naar voedsel. Wat ze eten? Kleine waterdiertjes als krabbetjes en vlokreeftjes én algen. De paarse strandloper is dus een echte carnivoor.
De beste plekken op de Brouwersdam om de paarse strandlopers te zien
De grootste kans om op de Brouwersdam paarse strandlopers te zien heb je op het talud rond de spuisluis en tussen de spuisluis en het sportstrand midden op de dam. Bij laag water (en alleen bij laag water) lopen ze vaak in groepjes te foerageren samen met steenlopers en drieteenstrandlopers. Vaak lopen ze vlak boven de vloedlijn en dan worden ze door de rotsen aan je oog onttrokken. Gelukkig lopen ze ook vaak op het talud, in de ondiepe waterplassen bijvoorbeeld. Dan zie je ze meteen.
Fotogenieke vogels
Paarse strandlopers zijn fotogenieke steltlopers. Met hun donkere verenkleed, hun grijze snavels met een vleugje oranje en hun korte pootjes zijn het leuke vogels om te zien. En voor vogelaars ook leuk: ze zijn niet heel schuw. Ga je rustig onder aan de dam op het talud zitten of liggen, dan komen ze rustig naar je toe gewandeld. Je moet je natuurlijk rustig gedragen, ook een paarse strandloper hanteert zo zijn grenzen. Mijn advies is om een waterdicht rubberen matje mee te nemen en een rijstzak. Blijf op ongeveer vijftig meter van de paarse strandlopers en wacht tot ze in jouw richting gaan lopen. Ga liggen, plaats je camera op de rijstzak en wacht net zo lang tot de paarse strandlopers dichtbij zijn. Een alternatief is om een stoeltje mee te nemen en gewoon op het talud te gaan zitten. Zo hebben wij ze een keer op nog geen twee meter voor ons zien foerageren. Niets zeggen, je adem inhouden en nauwelijks bewegen is dan het devies.
Waar blijven ze bij hoog water?
Bij hoog water staat het talud onder water en zijn de foerageergronden onbereikbaar voor de paarse strandlopers. Ze zoeken dan een hoogwatervluchtplaats op. Vaak hoeven ze niet ver te vliegen: ze rusten op het talud van de dam uit, vaak samen met drieteenstrandlopers en bontbekplevieren. De paarse strandlopers staan vaak pal boven de vloedlijn waar ze helemaal aan je gezicht zijn onttrokken. Kom niet in de verleiding om de wadvogels tijdens hoog water van te dichtbij te fotograferen. Elke keer dat de vogels onnodig opvliegen, kost ze dat energie. Energie die ze nodig hebben om de winter door te komen of zelfs om nog verder naar het zuiden te trekken.
Andere gebieden om paarse strandlopers te zien
Een ander goed gebied om de paarse strandloper te zien in Zeeland is de zeedijk van Westkapelle. Wil je deze wintergast buiten Zeeland zien, dan kun je de pier van Hoek van Holland bezoeken, de havenhoofden van Scheveningen of de Zuidpier bij IJmuiden. Daar laten ze zich ook vaak van heel dichtbij bekijken.