Zo luidt de niet te missen kop vanmorgen in mijn dagblad Trouw. Minister Schouten, meent dat het aanpassen van het koeienvoer zal leiden tot minder uitstoot van stikstof. En op dat punt zijn de boeren het met haar eens. Minder eiwitrijk voedsel zorgt voor een lagere uitstoot van stikstof. Hoe de minister dat wil regelen? Door een wettelijke beperking op het gebruik van krachtvoer (brokken). De maximale hoeveelheid brokken is in een wet vast te leggen. Boeren die hun koeien teveel krachtvoer geven, riskeren dan een flinke boete. Mits er wordt nageleefd uiteraard. Mocht in een volgend kabinet een CDA-er minister van Landbouw worden, of staatssecretaris, dan weet je wel welke prioriteit die naleving gaat krijgen. Dat wordt echt prioriteit 1000 op een lijst van 1000.
Maar toch even redeneren in de lijn van de minister. Wat is de winst voor de natuur van dit alles? Je zou zeggen: de vlag kan uit, want de stikstofuitstoot gaat omlaag. Foute redenatie. De stikstofreductie bij de boeren wordt omgezet in stikstofuitstoot bij de bouw van huizen en de aanleg van wegen ‘in de buurt van natuurgebieden’. De deken van stikstof die over ons land ligt, wordt er niet minder om. En dus worden de bedreigingen voor de natuur en de volksgezondheid er ook niet minder om.
Boeren worden afhankelijk van gras
De boeren zijn ontstemd. Die willen zelf kunnen bepalen welk voer zij hun koeien geven. De minister moet vertrouwen op hun vakmanschap. En dan zal elke boer het ‘reductiedoel voor stikstofuitstoot’ op zijn of haar eigen wijze behalen. Gezien de resultaten in het verleden is dat een garantie voor falen. De meeste landbouwers hebben zich in de afgelopen tientallen jaren niet laten tegenhouden door de regelgeving en zijn erin geslaagd de biodiversiteit op hun terreinen tot een schrikbarend niveau te reduceren. Ik wil overigens ook noemen dat er gelukkig nog landbouwers zijn die wel zich inspannen om de biodiversiteit op peil te houden.
Maar waar ik de boeren wel gelijk in moet geven, is dat zij door de voorgestelde maatregelen van de minister te afhankelijk worden van gras. Zou om welke reden dan ook de grasproductie tegenvallen, dan zijn de boeren de klos. Ze mogen hun koeien niet meer krachtvoer geven dan wettelijk toegestaan, de fysieke toestand van hun koeien gaat achteruit en de melkproductie eveneens. En daar zit wat mij betreft de adder onder het gras vanuit het perspectief van de natuur. De maatregelen leiden dus tot nog meer druk op de productie van eiwitrijk gras. Dan hoef je geen profeet te zijn om te bedenken wat de gevolgen zijn: zelfs de boeren die weidevogels als grutto en kievit een warm hart toedragen, zullen zich gedwongen gaan voelen steeds vroeger in het jaar te gaan maaien. De eerste snede in het jaar is immers het meest eiwitrijk. En elke extra snede gaat tellen. Geloof maar dat de landbouwers nog innovatiever zullen worden om meer gras uit de grond te stampen. Zeg maar dag tegen de grutto en de kievit.
Andere sectoren ontspringen de dans
Ik kan me de onvrede van de boeren ondertussen goed voorstellen. Ja, zij zullen in mijn ogen ook een offer moeten brengen. De boeren moeten met hun tijd mee en om allerlei redenen is de grens bereikt. Natuur en gezondheid worden bedreigd door de enorme veestapel in ons land. Niet alleen in ons land trouwens, ook mondiaal. Want de productie van krachtvoer en kunstmest gaat ook ten koste van natuur elders op de wereld.
Maar ondertussen ontspringen andere sectoren de dans. Welke bijdrage aan de stikstofreductie levert het bedrijfsleven bijvoorbeeld? Denk eens aan al die blikken blokkendozen die je langs elke snelweg en bij elke stad en dorp ziet verschijnen. De hectares aan hectares platte bedrijven die gebouwd worden op voormalige landbouwgrond. Witte schimmel, worden die blokkendozen ook wel genoemd, en het is ondertussen echt verstikkende schimmel. Welke inspanningsverplichtingen hebben de eigenaren van deze ontsierende gebouwen in de strijd tegen stikstof en bedreigingen van de biodiversiteit? Ik heb sterk de indruk dat hen geen strobreed in de weg wordt gelegd. En ik hoor natuurbeschermers ook met geen woord reppen over de negatieve rol van bedrijventerreinen als het gaat om stikstofreductie en behoud van biodiversiteit.
Stel dat, ik noem maar wat, de eigenaren van bedrijfsgebouwen ook maatregelen zouden moeten nemen om stikstof te reduceren en biodiversiteit te stimuleren… Wat zou dan het gevolg zijn? De aanleg van wadi’s, waterpartijen en struweel op bedrijventerreinen? Het vol leggen van de hectares aan platte daken met zonnecellen? Of daken waarop allerlei planten groeien? Bedrijfsgebouwen waar vogels en andere dieren welkom worden geheten?
Nu worden landbouwgebieden vol gelegd met zonnecellen. En er zijn zelfs plannen om meren en stukken zee te bedekken met zonnecellen. Wie zich de commotie rond de Hedwigepolder nog herinnert moet zich nu toch wel het hoofd breken over de vraag waarom we nu opeens wel zoveel vruchtbare landbouwgrond willen opofferen. Het zal vast met te maken hebben met het goedje waarmee we de Mammon in ons hart tevreden willen houden.
Maatschappelijk debat
In mijn ogen zou de stikstofdiscussie een maatschappelijk debat moeten zijn waarbij alle partijen betrokken zouden moeten zijn. En niet een discussie waarbij alleen de boeren de rol van Zwarte Piet toebedeeld krijgen. En waarin ook de kwaliteit van de natuur in ons land een belangrijke rol speelt. De minister gebruikt de stikstofuitstoot nu als economisch ruilmiddel: bij de boeren er wat af, in de bouwsector er wat bij. Dat heeft met zorg voor de schepping niks van doen.
Ecoloog uit Terneuzen
Ik las in mijn zelfde dagblad vorige week een interview met een ecoloog die in Terneuzen allerlei projecten initieert in samenwerking met de bedrijven aldaar. De aanleg van een oeverzwaluwwand hier en een waterpartij daar. Er liggen volgens hem ontzettend veel kansen om op bedrijventerreinen de biodiversiteit te bevorderen. Ik onderschrijf dat. Bij Papendrecht is ook zo’n vruchtbare landbouwpolder geofferd aan blokkendozen: Polder Nieuwland. Een schaamlapje natuur bleef over, een strookje van een paar hectare. Er lopen meer hondenbezitters dan vogelaars. Maar op dat strookje broeden wel de dodaars, blauwborst, bosrietzanger, oeverzwaluw, kleine karekiet, rietzanger en grasmus. De visdief en ijsvogel jagen boven de waterpartijen. Bedrijventerreinen natuur-inclusief inrichten leidt automatisch tot een (klein) herstel van de biodiversiteit. En wat meer: het schijnt dat werknemers die dagelijks in hun pauze een ommetje maken door het groen minder ziekteverzuim vertonen. Werkgevers, tel uit je winst.
En als diezelfde werkgevers ook nog eens een bijdrage leveren aan het reduceren van stikstof, dan kunnen er nog meer huizen worden gebouwd en zijn hun werknemers ook weer blij. Die kunnen omzien naar een nieuwe woning die hopelijk weer iets betaalbaarder zal zijn dan in deze tijden van huizenschaarste.
Een aangezien ik pleit voor een maatschappelijk debat mogen wat mij betreft burgers ook niet buiten spel blijven. Hoe kan de overheid de burger bij dit hele project betrekken? In essentie: door in te zetten op de leefbaarheid van ons land. En daaruit vloeien dus ook voor de burgers doelen voort met het oog op reductie van stikstof en herstel van de biodiversiteit. Natuur-inclusief wonen en bouwen, daar pleit ik voor. En zo moeilijk hoeft het niet te zijn. In bestemmingsplannen borgen dat woningen ook gastvrij moeten zijn voor vogels als gierzwaluw, huiszwaluw en huismus en je komt al een heel eind. Borgen dat een eind komt aan de verstening van tuin en straat. En veel meer inheems groen in de wijken. Alternatieve energiebronnen stimuleren. En veel meer.
Nu ben ik natuurlijk maar een eenvoudige ziel op dit gebied. Zet een paar ecologen als in Terneuzen, wat biologen en andere deskundigen bij elkaar en je komt een heel eind.
Moraal van het verhaal
Moraal van het verhaal: minister van Landbouw en kabinet zouden zich bij het formuleren van hun stikstof- en natuurbeleid niet alleen moeten richten op de boeren. Ook overheden, bedrijfsleven en burgers moeten geactiveerd worden om ons land leefbaar te houden voor mens, plant en dier. Minister Schouten: verbreedt uw focus.
PS
Maandag 6 juli 2020
Wil je weten waarom de boeren zo faliekant tegen het voorstel van minister Schouter zijn, die moest deze uitzending van Zembla eens bekijken. Je zult zien dat de koeien met de hoogste melkproductie ook graatmagere koeien zijn. Elke vezel in die de koeien niet voor hun lichaamsbouw nodig hebben, wordt omgezet in melk. ‘Topsport’ noemen de boeren dit. Je kunt het ook dierenmishandeling noemen. Op deze manier dieren door te fokken is niet humaan, maar ja dat klopt, het zijn immers slechts koeien waarvoor maar één principe geldt: dat van de rekenmachine. De boeren kunnen wel doen alsof we het hier over een opgevoerde BMW of Audi hebben, maar het zijn en blijven levende wezens. Tja, ga je aan het dieet van deze graatmagere koeien met hun o zo grote uiers knoeien, dan kan het inderdaad wel eens flink verkeerd uitpakken voor de koe. De koe krijgt minder krachtvoer, en zal dus nog verder interen, en nog verder vermageren. Dat is dus een race naar het abattoir.
Wat ik hiervan vindt? Ik vind het schokkend om te zien dat wij mensen, en dan vooral de landbouwers, de natuur bedreigen, maar ook dat we op deze walgelijke manier met ons vee omgaan. Deze puur materialistische omgang met levende wezens komt voort uit slechts één principe, ik heb het hierboven al genoemd: dat van de rekenmachine.
Overigens is het minister Schouten niet te doen om het dierenwelzijn. De maatregelen zijn tijdelijk, opdat er dit jaar nog voldoende bouwvergunningen afgegeven kunnen worden. Ook dit voorstel komt dus uit de koker van de ‘ethiek van de rekenmachine’.
Zondag 12 juli 2020
Een tweet van Frank Peter Kuijpers, waar ik het helemaal mee eens ben:
Laat ik minister Carola Schouten weer op goede spoor leiden nu ze verdwaald is. Verplicht gras/klavers mengsels. Minder stikstof nodig, minder krachtvoer, minder aardgas, stikstof uit de lucht, meer biodiversiteit, meer bijen, goed voor de koe.
En met de de minister mogen ook de boeren dit ter harte nemen. Het zou ze sieren wanneer ze zelf eens met constructieve voorstellen zouden komen die de biodiversiteit stimuleert, hun stikstofuitstoot reduceert en hen voldoende inkomsten biedt (want ik misgun de boer zijn inkomen niet).