Juveniele groenpootruiter

Sjaak en ik zaten prinsheerlijk op onze stoeltjes op het wad langs de Grevelingendam. Het was eb, maar het water begon al te stijgen. Maar het stroompje honderd meter uit de kant was nog heel ondiep. Een ideaal stroompje dus voor steltlopers als de tureluur, rosse grutto, scholekster, wulp en … de groenpootruiter. In september trekken deze sierlijke steltlopers door op hun tocht naar het zuiden en dan maak je ook op de Grevelingendam kans op groepjes van soms tientallen groenpootruiters. Maar hé, er liep ook een opvallend donker exemplaar tussen de lichte vogels. Wat was dat?

Volwassen groenpootruiters zijn in september al behoorlijk licht gekleurd. Zelfs de donkere rug is bezaaid met lichte stippen. Het onderlijf is wit, de snavel donkergrijs en natuurlijk licht opgewipt. De poten ondertussen zijn groen-geel en dan snap je wel waar de groenpootruiter zijn aan te danken heeft. In het Engels heet hij de Common Greenshank, waarbij greenshank staat voor ‘schacht’. Een groene schacht dus, lange groene poten.

De donkere groenpootruiter was nog in zomerkleed, dachten wij eerst. Maar even later bekroop me een ander gevoel. Dit was een juveniele groenpootruiter die tussen zijn volwassen soortgenoten rond scharrelt. Af en toe krijgt hij een optater van een volwassen vogel en dan zie je de hiërarchie. De juveniele groenpootruiter deinst terug en stribbelt niet tegen. Maar misschien is dit wel heel menselijk gedacht.

Een juveniele groenpootruiter dus. Bruine veren, weinig witte spikkels op de rug (die dus vrij egaal donkerbruin is) en een borst die ook nog vuilbruin is. De kop is wel grijs en gespikkeld en de poten zijn mooi op kleur. De snavel licht opgewipt. Een 100% groenpootruiter dus.