Een van de eerste dagvlinders die ik deze zomer in de Italiaanse Alpen bij het Ortameer filmde, was de vlinder die je hieronder kunt bekijken. Ik dacht (en denk) meteen aan een spiegeldikkopje, maar er is iets bijzonders aan de hand. In de beste gids voor vlinderliefhebbers, Dagvlinders. Veldgids voor Europa en Noordwest-Afrika zie ik namelijk dat het spiegeldikkopje een gele onderkant met witte vlekken erin heeft. En dat is bij dit dikkopje heel anders. Deze onderkant is juist donkerbruin met gele vlekken erin. Hoe vaak ik ook door de vlindergids blader, een gelijkende vlinder kan ik niet vinden.
Inderdaad, een spiegeldikkopje met een genetische afwijking
Gelukkig hebben we daarvoor de sociale media. Een berichtje op Facebook geplaatst en een paar mensen reageerden al heel snel. Dit is inderdaad een spiegeldikkopje in een afwijkende vorm. Ik las dat ook al in het bijzonder aardige boek De allerleukste insecten encyclopedie. Eens in de zoveel duizend keer treedt er bij insecten (en bij andere diersoorten) een genetische afwijking op. Dan kruipen er opeens knalroze sprinkhanen uit het ei. Echt waar, dat bestaat echt. Dat fenomeen heet met een moeilijk woord erythrisme. Kennelijk heb ik dus een spiegeldikkopje met een genetische afwijking gefilmd. Een onderzijde die anders gekleurd is dan ‘normaal’. Stel je nu eens voor dat deze afwijkende vorm om welke reden dan ook beter weet te overleven dan de gangbare, dan kan het zomaar zijn dat er een nieuwe ondersoort is geboren. Zo kan het gaan in de natuur en niemand minder dan Charles Darwin ontdekte dit verschijnsel dat we evolutie noemen.
De beste vlindergidsen van dit moment:
[huge_it_portfolio id=”33″]
Laat een reactie achter: