Honden en vogels kijken is een lastige combinatie. Een hond heeft vier poten en is in de ogen van gevleugelden een roofdier. Een hond is in essentie immers een wolf. Honden zijn tevens speels en rauzen achter alles aan wat maar beweegt. Zeker achter vogels, die dan natuurlijk en masse opvliegen. Maar ook achter kleine kinderen, grote kinderen, grote mensen, minder grote mensen en schapen. Als een hond meent zich ongewenst flink tegen mij aan te moeten schuren of springen, heb ik wel eens de neiging hem een rotschop te bezorgen. Dat zou ik tenslotte ook doen met iedereen die zich zonder toestemming tegen of op mijn lijf waagt. Minister Grapperhaus heeft speciaal voor die sujetten een sekswet in de maak. En terecht. Ik pleit tevens voor een wet tegen ongevraagd-tegen-je-aanrijdende-viervoeters. De baasjes zetten immers vrijwel altijd hun gezicht in standje ‘niet gezien’. Een hondenbezitter aanspreken in dit soort situaties heeft in 10 van de 10 gevallen geen enkele zin. Okay, een enkeling uitgezonderd dan.
Op Facebook kwam ik ook een foto tegen van een hond in opspraak. Dirk van Straalen, een vogelaar die beter vogelt dan ik, signaleerde bij Battenoord (waar de flamingo’s overwinteren) een hond die in het natuurgebied achter de trekvogels aan zat. Ja, dat doen honden dus als hun baasjes hen loslaten in een natuurgebied. Dat die baasjes met hun hond ondertussen grote schade aanrichten is kennelijk van ondergeschikt belang.
Wat is namelijk het geval? De trekvogels op de hondenfoto boven dit artikel zijn steltlopers. Ze trekken in deze periode van zuid naar noord. En zuid is héél erg zuid, namelijk de westkust van Afrika. En noord is héél erg noord, namelijk de toendra’s van de Noordpool. De steltlopers vliegen in non stop van de ene halte naar de andere. Vaak duizenden kilometers in ene ruk. Ze verliezen dan een groot deel van hun lichaamsgewicht en landen in de Zeeuwse delta of in de Waddenzee om bij te tanken. Dat is hard nodig, want deze steltlopers halen de toendra’s zo ongeveer op hun laatste vetreserve. Is die reserve te vroeg op dan storten ze letterlijk neer.
Elke onnodige vlucht kan fataal zijn. Wordt een zilverplevier of rosse grutto door zo’n zwarte hond opgejaagd, dan verbruikt hij energie. Energie die hij hard nodig heeft voor de lange reis naar het noorden. Maar die hij nu moet verspillen aan een nutteloos vliegrondje vanwege zo’n monsterlijke zwarte hond.
Mocht je dit betoog op populistische wijze willen deconstrueren, lees dan het boek Reisvogels van Theunis Piersma maar eens. Deze internationale onderzoeker laat in dit boek zien hoe kwetsbaar trekvogels zijn op hun reis naar verre bestemmingen. Vandaag wordt Theunis Piersma trouwens in dagblad Trouw geïnterviewd vanwege zijn onderzoek naar kanoeten in China. Voor deze steltloper geldt hetzelfde als voor onze zilverplevieren, bonte strandlopers en rosse grutto’s. Hoe meer verstoring, hoe minder er de eindbestemming halen. Vaak volkomen onnodig, zeker als er Hollandse of Chinese honden in het spel zijn.
En daarom: honden horen niet door een natuurgebied te rauzen!