Dit weekend zag ik eindelijk weer eens een ouderwetse klucht patrijzen. Ja, zo noem je een groepje patrijzen dat bestaat uit mannetjes, vrouwtjes en jongen. In voorjaar en zomer leven de patrijzen samen, mannetje en vrouwtje met kuikens. In het najaar echter vormen patrijzen groepjes, de kluchten. Op de zuidoever van het eiland Tholen kun je ze nog tegenkomen. Daar zijn patrijzen nog redelijk algemeen. In de rest van het land echter helaas niet meer. De patrijs kan wel wat hulp gebruiken. En daarom in mijn serie Hoe lok ik … vandaag de vraag: hoe lok ik patrijzen naar mijn tuin?
Hoe lok ik patrijzen naar mijn tuin?
Om patrijzen naar je tuin te kunnen lokken, moeten de patrijzen er natuurlijk wel zijn! Dat is in grote delen van Nederland een groot probleem. Maar stel dat we eens aannemen dat in de regio waar jij woont nog wel patrijzen voorkomen, zij het niet heel veel. Hoe lok je ze dan naar je tuin? Misschien vind je dit maar een vreemde vraag, want patrijzen zul je niet zo snel in je tuin aantreffen. Zeker niet in een tuin binnen de bebouwde kom. Maar echt waar, ik zag een keer een grote groep patrijzen in een tuin rond scharrelen en dat waren bepaald geen gedomesticeerde patrijzen. Ze leefden op Schouwen-Duiveland, vlak voor Burgh-Haamstede, waar Vogelbescherming Nederland een project heeft opgezet om de patrijs te redden. Mooi om te zien dat juist daar nog zo’n grote groep patrijzen voorkomt.
Tip 1: koop een huis in het buitengebied
Daarmee hebben we meteen de eerste praktische tip te pakken: wil je patrijzen in je tuin lokken, schaf dan een huis in het buitengebied aan. In de polder dus, buiten de bebouwde kom. En natuurlijk in een gebied waar de patrijs nog voorkomt. Bijvoorbeeld de omgeving van Burghsluis op Schouwen-Duiveland waar we deze groep patrijzen uit een tuin tevoorschijn zagen komen. Of een huis op het Oudeland in de Schakeloopolder op het eiland Tholen. Maar ook in andere delen van het land valt dit te proberen.
Tip 2: richt je erf of land patrijs-vriendelijk in
Stel, je bent in het bezit van een aantal hectare grond in een landbouwgebied. Dat biedt nog de meeste kansen. Rij ik door het Project patrijs op Schouwen-Duiveland, dan valt mij een aantal zaken op. Als eerste de heggen die daar nog aan weerszijden van de polderweggetjes staan. Patrijzen (en andere vogels) kunnen daarin schuilen, voedsel zoeken en nestelen. Ik zie dat boeren de akkerranden inzaaien met zonnebloemen, kaardenbollen en andere zaadrijke bloemen. In deze ruigten kunnen patrijzen naar voedsel zoeken, nestelen en zich verstoppen. Verder las ik dat er ook zogenaamde keverbanken zijn aangelegd die ideale leefomstandigheden zijn voor kevers en andere insecten. Patrijzen eten deze insecten. Of er in het gebied ook nog onverharde weggetjes zijn waar patrijzen een stofbad kunnen nemen, weet ik niet. Maar een zandpaadje vinden patrijzen heel fijn, zeker in de zomer. Ze nemen namelijk regelmatig een stofbad om luizen en ander ongedierte te bestrijden.
Tip 3: koester kleinschalige landschapselementen.
Heb je geen groot erf of een stuk land, span je dan in om kleinschalige landschapselementen te behouden. Langs de Oudelandsedijk bij Ooltgensplaat groeien bijvoorbeeld meidoorns. Helaas is langs een deel van de dijk recent een deel van de meidoorns verwijderd. Dat is ontzettend zonde. Niet alleen voor de vogels, maar ook voor ons mensen. Wie wandelt of fietst er nu niet liefst door een mooi landschap met prachtig bloeiende struiken in het voorjaar? Wie weet is er wel een natuurvereniging in jouw buurt die ook aan landschapsonderhoud doet. Meld je aan en werk mee aan een vogelvriendelijke, liefst ook patrijsvriendelijke, omgeving. Wie weet kun je in jouw buurt een dijk inrichten met inheemse struiken, een heg aanplanten, of een kruidenzone. Of dat je met boeren afspraken kunt maken over de inrichting van overtollige hoekjes of randjes langs de akkers of weilanden…
Tip 4: voer de patrijzen bij
Deze tip werkt natuurlijk alleen wanneer je in een gebied woont waar patrijzen voorkomen. Heb je een tuin of land in zo’n gebied, dan kun je in de winter graan strooien. Of zet een slimme voedersilo voor waarin het voedsel nauwelijks wordt bevuild. Dat hoeft natuurlijk niet perse in je tuin te zijn. Het mag ook daarbuiten. De patrijzen zullen, als ze de voerplek eenmaal hebben gevonden, er dankbaar gebruik van maken. Overvoer de patrijzen echter niet, want overtollig voer trekt ongedierte aan. En hou er altijd rekening mee dat zo’n voerplek in de nabijheid van een schuilplaats (struiken, een heg) ligt. Je wilt tenslotte niet dat de voerplek voor patrijzen ook een voerplek voor roofdieren wordt… Of dit kans van slagen heeft? Tijdens een meivakantie voerde ik de rode patrijzen voor ons vakantiehuisje bij en daar kwamen ze gretig van eten.
Tip 5: heet patrijzen welkom in je paardenwei
Toen ik patrijzen filmde op de zuidoever van het eiland Tholen, sprak ik een oude Tholenaar. Hij had paarden en hield deze op een paar paardenweitjes in de omgeving. En in de ruigten rond deze paardenweitjes zag hij heel regelmatig patrijzen! Ook wanneer hij de paarden ging voeren, kwamen fazanten én patrijzen op het voer af. Paardenweiden domineren sommige polders en landbouwgebieden. Heb je zo’n weide, overweeg dan eens om een rand van de wei te laten verruigen. Zaai er inheemse kruidenmengsels in. Plant een aantal inheemse struiken aan. En strooi af en toe wat haver of ander paardenvoer naast de voerbak. Het zand in de paardenbak is bovendien ideaal voor patrijzen. Ze kunnen er heerlijk in stofbadderen.
Tip 6: let op patrijzen tijdens een fietstocht of wandeling
Nee, de kans is klein dat je patrijzen in jouw tuin zult zien. Het is geen typische tuinvogel. Maar ik zou zeggen: let eens op de akkervogels in jouw omgeving. Geniet van de patrijzen, fazanten, kieviten en andere akkervogels. Wijs andere mensen op de schoonheid van de vogels. Zeker weten dat oudere mensen bij het zien van patrijzen warme herinneringen zullen koesteren aan vroeger tijden toen het zien van patrijzen nog heel vanzelfsprekend was. En zeker weten dat jongere mensen bij het zien van de akkervogels er een beetje verliefd op worden. En waar je verliefd op bent, dat wil je ook beschermen… Bekend maakt immers bemind!