‘Hier heerst het getij.’ In gesprek met Barwolt Ebbinge

Vorige week besprak ik het intrigerende boek Rottumerplaat van Barwolt Ebbinge. Waarom intrigerend? Omdat het een verboden eiland is. Menselijk bezoek wordt geweerd, de elementen hebben er vrij spel. Barwolt en zijn vrouw Doortje hadden het geluk er als vogelwachter aan de slag te kunnen. Het boek geeft een bijzonder inkijkje in hun leven op het eiland. In mijn serie Interviews vertelt Barwolt over zijn ervaringen, aangevuld met een beeldverslag. Doortje maakte de foto’s en ik dank hen beiden voor het meewerken aan dit interview.

De boeg van de Harder en uitzicht op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)
De boeg van de Harder en uitzicht op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)

Je komt aanvaren met de Harder. Voor je doemt ‘Plaat’ op. Wat gaat er in je om?

Het is iedere keer weer een cultuurschok om vanuit de hypermoderne, ongezellige Eemshaven met zijn mega-windmolens, supermoderne kolencentrale en datacentrum van Google, de Eems op te varen en zee te kiezen. De bemanning van de Harder volgt meestal de linkeroever van de Eems, en rechts zie je dan de boulevards en stranden van Borkum, en links doemt al gauw het waddeneiland Rottumeroog op.

Eens was Rottumeroog het meest noordelijke eiland van Nederland, maar dat is tegenwoordig Rottumerplaat. Als we na een uur varen Rottumeroog voorbij zijn, komt Plaat in zicht en draait de schipper vanuit het Huibertgat het Schild in. Dat is de geul tussen Rottumeroog en Rottumerplaat. Bij noordelijke wind kan het daar behoorlijk spoken, en de schippers moeten zorgvuldig navigeren om niet op de gronden van het Schild vast te lopen. Ben je daar eenmaal doorheen, dan kom je in rustig beschut vaarwater, waar honderden zeehonden vlak langs de geul op de zandbank liggen.

Heerlijk is die rust en alles valt van je af. Hier heerst het getij, en het ritme van eb en vloed zal de komende maanden ons leven bepalen.

De oude toren en loods op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)
De oude toren en de loods (foto: Doortje Dallmeijer)

Denk je aan Rottumerplaat, dan denk je aan …

De Harder gaat voor anker en de rubberboot wordt te water gelaten om het laatste stukje naar het eiland af te leggen met al onze voorraden en andere benodigdheden om dit eiland te bewaken. De karakteristieke ‘puntmuts’, een uitkijktoren vanwaar je het gehele eiland goed kon overzien is er helaas niet meer (gesloopt in 2016), maar gelukkig is er een tijdelijke uitkijktoren gebouwd door Staatsbosbeheer vanwaaruit je het wad goed kunt over zien. Het alarmerende geluid van de bontbekplevier doet me weer aan Siberië denken, waar ik tien zomers onderzoek aan rotganzen heb geleid. Ook daar broedden bontbekplevieren op het kiezelstrand. Een soort met een heel breed verspreidingsgebied. Tussen een aangeplante bossage ligt heel beschut het woonhuis, waar we kunnen verblijven. Rondom het huis kroelt het op goede dagen van de doortrekkende zangvogels. Ook broedt er een waterral, die met zijn ijselijke kreten laat weten dat hij er ook dit jaar weer is.

Een smal paadje tussen de bomen door en je kijkt uit over de weidse strandvlakte met in de verte de Noordzee. Wat een ruimte. Snel al onze spullen uitladen, en dan verdwijnt de Harder weer richting Eemshaven. Tweezaam blijven we achter.

Er zijn begin april nog veel wintergasten en doortrekkers op het eiland. Mijn geliefde rotganzen laten hun karakteristieke rot-rot-rot horen. Zij moeten nog helemaal naar Siberië, maar de druk koerende eidereenden gaan hier broeden. Met opkomend water zwemmen ze door het geultje aan de zuidkant van het eiland met honderden naar de kwelder. Druk baltsend.

Zelfs eind April komen er nog duizenden rosse grutto’s uit Afrika langs op weg naar hun arctische broedgebieden. Nog snel even opvetten in de rijke Waddenzee.

Donkere wolken op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)
Zwaar weer op komst (foto: Doortje Dallmeijer)

Strakblauwe lucht en donderwolken. Lauw lentebriesje en hevige storm. Je maakte alle weertypen mee. Wat was het meest spannende moment op het eiland, en aan welk moment koester je de beste herinneringen?

Met zo’n wijde horizon zit je steeds midden in het weer. Het voorjaar is natuurlijk niet het seizoen van zware stormen, dus die hebben we niet echt meegemaakt. Maar het kan af en toe toch nog best stevig waaien, en ook onweersbuien zie je van verre aankomen. Spectaculair was de zware bui die we in de verte vanaf Schiermonnikoog aan zagen komen. Het hoosde. Ondanks dat het nog laag water was, vlogen alle steltlopers massaal naar het eiland alsof de vloed al opkwam.

De wind verplaatst ook gigantische hoeveelheden zand, en dat stuivende zand vormt nieuwe duintjes, maar maakt het de broedvogels ook moeilijk. Een nest van de bruine kiekendief verdween onder een pak van ruim een halve meter zand, en ook de sterntjes zien hun nesten niet alleen verdwijnen door extreem verhoogde waterstanden, maar ook onder stuivend zand. De dynamiek van dat stuivende zand heeft veel indruk op ons gemaakt.

De kolonie lepelaars op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)
De kolonie lepelaars op Rottumerplaat (foto: Doortje Dallmeijer)

Tienduizenden vogels op het eiland, jullie hebt ze talloze malen geteld. Wat zijn je drie favorieten en waarom? 

Om uit al die vogelsoorten er maar drie uit te kiezen vind ik erg moeilijk. De lepelaar, die ondanks zijn houterige manier van vliegen helemaal uit Afrika naar het Waddengebied komt, en dan sierlijk met zo’n grote lepel garnalen en kleine visjes weet te vangen in het geultje voor de uitkijktoren hoort zeker bij een van onze favorieten. Maar ook de spectaculaire slechtvalk. Of de grote zwermen zilverplevieren met hun klaaglijke “tjuuwie”, zeker als ze in mei in hun zilveren prachtkleed zijn. Vanzelfsprekend de rotganzen, maar ook die prachtig baltsende eidereenden, en weer later de crèches van tientallen eiderkuikens omringd door zorgzame moeders. De boerenzwaluwen om het huis, en de als een speenvarken gillende waterral bij het vijvertje. Regenwulpen en gewone wulpen. Groenpootruiters. Kleine mantelmeeuwen, Dwergsterns. De impulsieve, opgewonden, drukte makende scholeksters. Kortom teveel moois om op te noemen.

Als schrijver ben ik vooral geïnspireerd door Koos van Zomeren. Hij heeft me als ganzenbioloog een paar keer geïnterviewd voor de Nieuwe Revu en de NRC. Met Koos heb je steeds het gevoel dat je met een collega-bioloog praat, en daarna weet hij zo’n gesprek in heldere, vaak bijna poëtische taal weer te geven. Dankzij een interview met Koos kwam ik in de armen van Atlas Contact terecht, en mocht ik voor hen de Vogelserie openen met mijn boek over de rotgans. Zelf heb ik door het schrijven van weblogs vanuit Siberië en vanaf Rottumerplaat kunnen oefenen met taal. Ik vind het heerlijk om mensen mee te nemen met mooie maar ook leerzame verhalen. Doortje doet dat met de foto’s die ze met veel geduld, vaak vanuit een schuiltentje, weet te maken.

Verder lezen:

recensie rottumerplaat barwolt ebbinge

Voor veel natuurliefhebbers is Rottumerplaat een verboden vogelparadijs: niemand mag er komen, behalve een handvol, door Staatsbosbeheer aangestelde vogelwachters. Barwolt Ebbinge was een van die vogelwachters. Samen met zijn vrouw Doortje verbleef hij regelmatig, weken achtereen, op Rottumerplaat om wintergasten, doortrekkers en broedvogels te tellen. In Rottumerplaat beschrijft hij zijn bezoeken aan dit natuurreservaat zo nauwgezet en levendig, dat er voor zijn lezers een groot verlangen in vervulling lijkt te gaan: het is alsof je eindelijk zélf voet mag zetten op dit verboden eiland.